Rome: San Francesco a Ripa

San Francesco a Ripa.

De San Francesco is een kleine kerk in Trastevere die vlak bij de westelijke oever (ripa) van de rivier de Tiber staat. Uiteraard is de kerk gewijd aan niemand minder dan Sint Franciscus van Assisi, een van de bekendste en belangrijkste heiligen in de geschiedenis van de Rooms-Katholieke Kerk. Zijn preken hadden zo veel invloed dat hij een luttele twee jaar na zijn dood in 1226 al heilig werd verklaard door Paus Gregorius IX (1227-1241). De San Francesco a Ripa werd de eerste basis van de Orde der Franciscanen in Rome.

Geschiedenis van de kerk

Al lang voordat de Orde der Franciscanen werd gesticht, stonden er op deze plek een gasthuis en een kapel voor pelgrims die werden gerund door Benedictijner monniken. Het complex stond bekend als San Biagio de Curtibus. Franciscus bezocht Rome meerdere malen tussen 1209 en 1226 en op enig moment werd het gasthuis van San Biagio de basis voor zijn activiteiten in de Eeuwige Stad. Ongeveer een jaar na zijn heiligverklaring droeg Paus Gregorius IX het complex van de Benedictijnen, die met ernstige corruptie kampten (zie Rome: San Tommaso in Formis), over aan de Franciscanen. Twee personen lijken in dit proces en de gebeurtenissen daarna een belangrijke rol te hebben gespeeld. Een van hen was een tertiaris van de Franciscanen, een vroege volgster van Franciscus genaamd Giacoma Frangipane de’ Settesoli (‘Broeder Jacoba’). Zij heeft mogelijk haar aanzienlijke invloed als lid van de clan van de Frangipane gebruikt om de overdracht te bewerkstelligen. De ander was een edelman uit Trastevere, ene Pandolfo II Anguillara, die de financiële middelen verstrekte om de kerk te herbouwen en haar aan Sint Franciscus te wijden.

Interieur van de kerk.

Hoewel de San Francesco het eerste hoofdkwartier van de Franciscanen was, vertrokken deze al snel naar de Santa Maria in Aracoeli op de Capitolijn toen deze kerk in 1249 aan hen geschonken werd door Paus Innocentius IV (1243-1254). De San Francesco raakte vervolgens wat in de vergetelheid en werd in 1579 aan een andere tak van de Franciscanen overdragen. De nieuwe broeders besloten de kerk te laten restaureren en huurden hiervoor de architect Mattia de Rossi (1637-1695) in. De Rossi werkte tussen 1675 en 1689 aan de San Francesco en gaf haar de uitstraling van een Barokke kerk. De huidige oranje gevel dateert van zijn zeventiende-eeuwse restauratie. De kleine Ionische zuil op de Piazza di San Francesco d’Assisi voor de kerk werd in 1847 opgericht door Paus Pius IX. “Een kleine zuil voor een kleine kerk”, zoals de Heilige Vader het snedig verwoordde.

Interieur

De kloostercel die door Sint Franciscus werd gebruikt zou open moeten zijn voor het publiek. Ik bezocht de kerk in november 2015 en arriveerde zo laat in de middag dat ik niemand meer kon vinden om mij aan te wijzen waar de cel zich bevindt. In haar hoogtijdagen was de kerk onderdeel van een klooster met vier kruisgangen. In één daarvan stond naar verluidt een sinaasappelboom die nog door Franciscus zelf zou zijn geplant. Aangezien ik deze boom ook niet gezien heb, kan ik niet zeggen of dit verhaal op waarheid berust.

Beata Ludovica door Bernini en altaarstuk van Baciccia.

De San Francesco had ooit een frescocyclus uit 1290 van de hand van Pietro Cavallini (1259-1330). Gezien Cavallini’s reputatie en de kwaliteit van zijn werk in kerken als de Santa Cecilia in Trastevere moet deze cyclus prachtig zijn geweest. Helaas zijn de fresco’s gedurende de restauratie van De Rossi ofwel verwijderd ofwel bedekt met een laag pleisterwerk . Het kerkinterieur is nu heel eenvoudig, wat waarschijnlijk helemaal strookt met het Franciscaanse gedachtegoed inzake soberheid. Verrassend genoeg is het altaarstuk in deze kerk geen schilderij van een bekende kunstenaar, maar een houten beeld van Sint Franciscus, in 1550 gemaakt door een van de Franciscaanse broeders.

De San Francesco staat niet bekend om haar schitterende kunstwerken. De fresco’s van Cavallini zijn verdwenen, maar er is één artistiek hoogtepunt dat iedere bezoeker zou moeten zien. Men kan het vinden in de Cappella Altieri (ook wel de Cappella Paluzzi-Albertoni genoemd). Het gaat om een beeldhouwwerk van de Zalige Ludovica Albertoni van de hand van de grote kunstenaar Gian Lorenzo Bernini (1598-1680). Ludovica was een Romeinse edelvrouw die na de dood van haar echtgenoot een tertiaris van de Franciscanen werd en haar verdere leven wijdde aan de zorg voor de armen. Ze stierf in 1533 en werd in 1671 zalig verklaard. Haar kapel in de San Francesco was al erg populair. Toen ze zalig werd verklaard, werd deze verder verfraaid. Bernini – op dat moment reeds aardig op leeftijd – werd gevraagd om een groots grafmonument voor haar te maken. De kunstenaar voltooide zijn beeldhouwwerk in 1674. Het werk toont Beata Ludovica in extase. Boven haar ziet men een altaarstuk van de schilder Giovanni Battista Gaulli (1639-1709) uit Genua, ook bekend als Il Baciccia. Het werd geschilderd in 1675 en toont links Maria en Jezus als kind, en rechts Sint Anna, de moeder van Maria.

Beata Ludovica – Bernini.

De beroemde Italiaanse kunstenaar Giorgio de Chirico (1888-1978) ligt begraven in deze kerk.

Bronnen

  • Capitool Reisgidsen Rome, 2009, p. 211;
  • Luc Verhuyck, SPQR. Anekdotische reisgids voor Rome, p. 171-172;
  • San Francesco a Ripa op Churches of Rome Wiki.

Bijgewerkt 19 oktober 2024.

4 Comments:

  1. Pingback:Rome: Santa Maria in Aracoeli – – Corvinus –

  2. Pingback:Rome: San Francesco a Ripa – – Corvinus –

  3. Pingback:Rome: Sant’Anastasia – – Corvinus –

  4. Pingback:Verona: San Fermo Maggiore – – Corvinus –

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.