Murano: Santi Maria e Donato

Santi Maria e Donato.

Een kerk is een plek waar mensen kunnen schuilen. In juli 2017 moesten mijn wederhelft en ik schuilen in de kerk van Santi Maria e Donato op het eiland Murano in de Venetiaanse lagune. En daarmee bedoel ik ook letterlijk schuilen: er was die dag een hevig noodweer losgebarsten en we moesten rennen om droog te blijven. Onze paraplu’s boden nauwelijks nog bescherming tegen de zondvloed uit de hemel, dus we spoedden ons richting de kerk, die overigens ook meteen de Duomo van Murano is. We kwamen binnen via de Kapel van Sint Philomena aan de linkerkant van de kerk. Kennelijk is dit de officiële ingang, in elk geval voor toeristen. Gelukkig zochten we niet alleen een schuilplaats, de kerk stond ook op ons lijstje van zaken die we nog wilden zien. En het moet gezegd worden: de Santi Maria e Donato is verreweg het mooiste gebouw op het hele eiland. Het was zelfs een waar genoegen om ongeveer een uur lang in de kerk opgesloten te zitten, want dat was de tijd die verstreek voordat het eindelijk was gestopt met regenen.

Gevel van de kerk en vrijstaande klokkentoren.

Geschiedenis van de kerk

De vroege geschiedenis van de Santi Maria e Donato is tamelijk wazig. De kerk werd vermoedelijk tijdens de Vroege Middeleeuwen gebouwd en gewijd aan de Maagd Maria. Mogelijk gebeurde dit al in de zevende eeuw. In februari 999 wordt de kerk voor het eerst in een officieel document genoemd. In 1124 hielpen de Venetianen, geleid door hun Doge Domenico Michiel (1117-1130), de Kruisvaarders bij de verovering van de stad Tyrus in het huidige Libanon. Belangeloos en louter door religieuze ijver gedreven was hun hulp zeker niet: de Venetianen kregen er een derde deel van de stad voor terug. Op de terugweg plunderde de Venetiaanse vloot nog een aantal eilanden die formeel tot het Oost-Romeinse Rijk behoorden. Daar stalen de Venetianen verschillende kostbare relikwieën. Van het eiland Kefalonia namen ze de overblijfselen van Sint Donatus van Evorea mee. Donatus – nogal eens verward met zijn naamgenoot, de beschermheilige van Arezzo – was een heilige uit de vierde eeuw. Hij werd geboren in wat nu Albanië is en diende later als bisschop van een stad in Griekenland. Tijdens zijn leven zou hij een draak hebben gedood en de botten van deze “draak” (waarschijnlijk een walvis) werden kennelijk ook door de Venetianen meegenomen. De buitgemaakte relikwieën werden op 7 augustus 1125 in de kerk op Murano bijgezet.

Apsis van de kerk.

De komst van deze relikwieën zal de aanzet hebben gegeven tot een reeks verbouwingen waarmee de kerk haar huidige Romaanse vorm kreeg. Het lijkt erop dat dit project rond het 1140 voltooid werd, aangezien we dit jaartal terugvinden op een mozaïek dat onderdeel is van de prachtige vloer van de basiliek. Bij deze gelegenheid werd de kerk herwijd aan zowel de Maagd Maria als Sint Donatus. Ze kreeg daarbij ook de naam die ze nog steeds draagt, de Santi Maria e Donato. De kerk werd bij verschillende gelegenheden gerestaureerd en dit werd niet altijd door competente lieden gedaan. Restauraties die vóór 1700 werden uitgevoerd leidden tot destabilisatie van de buitenmuren. De negentiende-eeuwse restauratie (1858-1873) die bedoeld was om dit probleem te corrigeren kwam er uiteindelijk op neer dat het grootste gedeelte van de kerk herbouwd werd. Deze restauratie werd ook nog eens klunzig uitgevoerd, en dat is nog zacht uitgedrukt. In het verleden is er scherpe kritiek op uitgeoefend, en veel van de restauratie werd in de jaren 1970 teruggedraaid. Oorspronkelijk was Murano onderdeel van de Dioscees van Torcello en als gevolg daarvan afhankelijk van de doopkapel van de kathedraal van Torcello. Aangezien Torcello vrij ver weg ligt, werd op enig moment tijdens de Middeleeuwen een doopkapel aan de Santi Maria e Donato toegevoegd. Deze werd in 1719 weer afgebroken.

Exterieur

De gevel van de kerk is erg eenvoudig. We zien louter baksteen, met voor de afwisseling een enkel raam met montant net onder het dak, vier ramen in de zijbeuken, een marmeren reliëf met daarop Sint Donatus en twee veelhoekige marmeren basementen die misschien onderdeel waren van een altaar dat werd meegenomen uit Altino op het vasteland. Naast de kerk staat een vrijstaande klokkentoren uit de twaalfde of dertiende eeuw. Volgens mij is het niet mogelijk de toren te beklimmen. Het mooiste gedeelte van het kerkinterieur is de apsis, die echt prachtig is. De apsis bestaat uit twee lagen, met blinde bogen en zuilen op de begane grond en een galerij met open bogen, zuilen en balustrades op de eerste verdieping. Men kan de apsis het best bewonderen vanaf de Ponte San Donato of vanaf de andere zijde van het kanaal.

Interieur

Interieur van de kerk.

Als we de Kapel van Sint Philomena buiten beschouwing laten, zien we dat de kerk de vorm van een klassieke Romeinse basilica heeft, met een hoog middenschip en aan weerszijden daarvan lagere zijbeuken. Het is moeilijk om te beslissen wat het topstuk van de kerk is. Dat moet ofwel de vloer zijn, een mix van opus sectile en mozaïek, ofwel het mozaïek van de Vergine orante in de schelp van de apsis. Alvorens deze kunstschatten te bespreken, moet ik opmerken dat het in de kerk vrij donker kan zijn, vooral op een regenachtige dag. Fotograferen is toegestaan, maar vrij lastig als het licht niet meewerkt. In de buurt van de zijingang in de linker zijbeuk vindt men een machine om het licht aan te zetten. Tegen betaling van twee euro krijgen bezoekers drie minuten licht. Toegang tot de Santi Maria e Donato zelf is overigens gratis.

De veelkleurige marmeren vloer van de Santi Maria e Donato dateert uit de twaalfde eeuw. Deze werd in de jaren 1970 helemaal opnieuw gelegd. Op een aantal van de vloermozaïeken zien we pauwenstelletjes. Zij symboliseren onsterfelijkheid en we zien ze drinken uit een beker met levenswater. Op een ander mozaïek zien we een adelaar die een lam of hert met zijn klauwen grijpt. Nog spectaculairder is een mozaïek met daarop twee hanen die een vos gevangen hebben. De vos doet alsof hij dood is, dus de hanen wacht nog een nare verrassing als ze straks hun gevangene losmaken. Het mozaïek symboliseert hoe geslepenheid het wint van onnozele halzen. Om de vloerdecoraties helemaal te kunnen zien kan het noodzakelijk zijn even wat stoelen of palen met touwen te verplaatsen omdat deze het zicht kunnen blokkeren (de kerk vindt dit waarschijnlijk prima, als u alles maar terugzet).

This slideshow requires JavaScript.

Het apsismozaïek, gemaakt in de twaalfde eeuw, is schitterend in al zijn eenvoud. Het toont de Maagd Maria als de Moeder van God tegen een massief gouden achtergrond. De Maagd draagt een blauwe maphorion. Ze lijkt sterk op de Maagd die is afgebeeld in de Santa Maria Assunta op Torcello, waarbij het voornaamste verschil is dat het kindje Jezus hier ontbreekt. Naast het hoofd van de Maagd zien we de Griekse letters MP ΘY, een afkorting van Μήτηρ Θεοῦ, oftewel Moeder van God. Onder de Maagd zijn op de muren van de apsis fresco’s van de vier Evangelisten geschilderd. Zelfs als de lichten aanstaan, zijn ze moeilijk te zien. Veel mist de bezoeker echter niet, want de fresco’s zien er vervaagd en beschadigd uit (vooral dat van Marcus, de beschermheilige van Venetië) en ze behoren zeker niet tot de hoogtepunten in de kerk. De fresco’s werden omstreeks 1404 gemaakt en ze worden toegeschreven aan de Venetiaanse schilder Niccolò di Pietro.[1]

Apsismozaïek.

Op het hoogaltaar staat een veelluik uit het midden van de veertiende eeuw dat wordt toegeschreven aan een schilder uit de school van Paolo Veneziano (gestorven omstreeks 1365). Het is vastgezet in een gouden frame dat in 1699 werd gemaakt. De centrale voorstelling van het veelluik stelt de zogenaamde Dormitio Virginis, de Slaap (i.e. Dood) van de Maagd (in het Nederlands spreekt men wel van de Ontslapenis). De slapende Maagd wordt omringd door elf apostelen en op de achtergrond zien we Jezus Christus met het kind Maria op zijn schoot (voor een spectaculairdere uitvoering van de Ontslapenis verwijs ik naar het mozaïek van Pietro Cavallini in de Santa Maria in Trastevere in Rome). Zes heiligen flankeren de centrale voorstelling, drie aan elke kant. Helemaal links staat Sint Stefanus, de eerste martelaar, die algemeen bekend zal zijn. Rechts van hem staat een heilige die met de nodige slagen om de arm is geïdentificeerd als Sint Gerard van Csanád (ook bekend als Gerard Sagredo), een Venetiaan die bisschop in Hongarije werd en daar in 1046 de marteldood stierf. De derde heilige links van de Ontslapenis is duidelijk Johannes de Doper. Rechts zien we respectievelijk de Evangelist Marcus, Sint Heliodorus (de eerste bisschop van Altino) en Sint Laurentius.

Veelluik uit de school van Paolo Veneziano.

Sint Heliodorus maakt nog een tweede maal deel uit van het altaar, en wel als standbeeld. Hij is de man met de bisschopsmijter aan de rechterkant. Het standbeeld links is van Sint Lorenzo Giustinian (1381-1456), de eerste Patriarch van Venetië.[2] Hij was een verre verwant van bisschop Marco Giustinian van Torcello (bisschop van 1692 tot aan zijn dood in 1735), die het koor van de kerk in 1695 liet verbouwen.

Madonna delle Stelle.

In de Santi Maria e Donato worden twee zeer belangrijke iconen bewaard. In de kapel links van het hoogaltaar vinden we de Madonna delle Grazie, het belangrijkste icoon op heel Murano sinds de vijftiende eeuw. Hier ziet men een afbeelding ervan. De kapel rechts van het hoogaltaar is de Kapel van het Allerheiligste Sacrament. Dicht bij de kapel zien we een pilaar waaraan het tweede icoon is bevestigd, dat van de Madonna delle Stelle, oftewel de Madonna van de Sterren. De naam is afgeleid van de vele gouden sterren op haar blauwe maphorion. Het icoon lijkt sterk op het apsismozaïek dat hierboven werd besproken. Het werd in de veertiende eeuw geschilderd.

Een van de belangrijkste bronnen voor deze bijdrage was de ‘Brief guide for a visit to the Basilica of Saints Mary and Donatus’, een brochure geschreven door Gabriele Mazzucco die in de kerk voor slechts één euro wordt verkocht. Aanvullende informatie ontleende ik aan mijn reisgidsen van Trotter en Dorling Kindersley, aan ‘A History of Venice’ van John Julius Norwich en aan de website Churches of Venice.

Noten

[1] Niet te verwarren met de Florentijnse schilder Niccolò di Pietro Gerini, van wie al eerder werk is besproken op deze website.

[2] Venetië kreeg pas in 1451 een patriarch. In dat jaar werd het oude Patriarchaat van Grado opgeheven.

5 Comments:

  1. Pingback:Venetië: Santa Maria Gloriosa dei Frari – – Corvinus –

  2. Pingback:Venetië: Piazza San Marco – – Corvinus –

  3. Pingback:Assisi: San Rufino – – Corvinus –

  4. Pingback:Modena: De Duomo – – Corvinus –

  5. Pingback:Bologna: Museo Civico Medievale – – Corvinus –

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.