Kreta: Chania

Haven van Chania, gezien vanaf de pier.

Met meer dan 50.000 inwoners is Chania de op één na grootste stad op Kreta. Mijn bescheiden mening is dat het tevens verreweg de meest relaxte, meest charmante en mooiste stad op het eiland is. We reden helemaal van Ligaria, in de buurt van Heraklion, naar Chania, een rit van ongeveer 100 kilometer. Twee uur lang gingen we heuvel op, heuvel af over leuke kustweggetjes. De voornaamste reden om de stad te willen bezoeken was dat onze reisgids het archeologisch museum van Chania als een van de vijftien hoogtepunten van Kreta noemde. De beschrijving van dit museum klonk bijzonder aanlokkelijk. Het bevindt zich in het voormalige Venetiaanse klooster van Sint Franciscus en volgens onze reisgids was het “zeer sfeervol”. De reisgids beweerde bovendien dat het museum van april tot oktober op maandagen open was. Helaas bleek dat in de praktijk niet het geval te zijn. We misten daardoor dit hoogtepunt, maar hadden niettemin een geweldige tijd in Chania.

Het oude Kydonia

In de Oudheid stond Chania bekend als Kydonia, wat kweepeer betekent. Op een heuvel met uitzicht op de haven vindt men de wijk Kastelli, het oudste gedeelte van de stad. Hier, in de Kanevarostraat, zijn archeologen begonnen met het opgraven van de oude Minoïsche nederzetting die hier ooit heeft gelegen. Helaas is er niet veel te zien, want dit is niet Knossos of Phaistos. U moet niet meer verwachten dan wat stenen en puin onder een simpel afdakje.

Minoïsch schip.

Veel indrukwekkender is een replica van een Minoïsch schip die u in een van de voormalige Venetiaanse dokken in de haven vindt. Schepen van dit type werden in het midden van het tweede millennium BCE door de Kretenzers gebruikt. De kopie is volledig zeewaardig, zo bleek uit een proef in de zomer van 2004. Het schip werd toen van Chania naar Piraeus geroeid, een reis van 210 zeemijl. In feite is het schip niet meer dan een uit z’n krachten gegroeide roeiboot waaraan een mast en zeilen zijn toegevoegd. De replica ziet er stevig uit, maar het is duidelijk dit wel het type schip is dat dicht bij de kust moet blijven. De diepgang van de boot is gering en er is maar weinig ruimte voor voorraden. Als u naar het schip kijkt, dan zult u net als ik tot de conclusie komen dat het door Sir Arthur Evans gelanceerde idee van een Minoïsche thalassocratie – een maritiem imperium – van weinig realiteitszin getuigt.

Arabieren, Venetianen en Turken

Toen de Arabieren in de vroege negende eeuw Kreta veroverden, gaven ze Kydonia de nieuwe naam Al Hanim (“de herberg”). Toen de Oost-Romeinen vervolgens in 961 onder hun generaal Nikephoros Phokas Kreta heroverden, werd deze naam veranderd in Chania, waarvan de Venetianen weer La Canea maakten. In 1645 namen de Ottomaanse Turken de stad in na een kort beleg. Waar steden als Heraklion bijna geen monumenten uit de Ottomaanse tijd meer hebben, zijn er gelukkig in Chania flink wat bewaard gebleven. Hoewel ze niet meer in gebruik is, heeft de stad nog altijd een moskee bij de haven, en hier en daar ziet men ook nog enkele minaretten.

Moskee van de Janitsaren.

De grote moskee bij de haven heet de Yiali Tzami Moskee of Moskee van de Janitsaren, genoemd naar de elitetroepen van de Ottomaanse sultan. Het gebouw is al bijna een eeuw niet meer in gebruik als moskee en het lijkt erop alsof alle decoratieve elementen verwijderd zijn. De minaret is afgebroken, maar de centrale koepel, gesteund door bogen, is nog altijd indrukwekkend. Tegenwoordig wordt de moskee vooral gebruikt voor tentoonstellingen. Binnen ziet u nog steeds de mihrab, de nis die de richting van Mekka aangeeft.

Kerk van Agios Nikolaos.

Iets verder naar het oosten staat in de wijk Splantzia de kerk van Agios Nikolaos. Dat is vermoedelijk de enige kerk ter wereld met zowel een klokkentoren als een minaret. De kerk werd begin veertiende eeuw gebouwd, in de tijd dat de Venetianen Kreta overheersten. Onder Ottomaanse overheersing werd er vervolgens een moskee van gemaakt, en wel de grootste moskee van de stad. Het belang van het gebouw blijkt wel uit het feit dat het een minaret heeft met twee balkons (de meeste minaretten hebben er maar één). Toen de Turken begin twintigste eeuw Kreta verlieten als onderdeel van een bevolkingsruil tussen Griekenland en Turkije, werd de moskee omgevormd tot een Oosters-Orthodoxe kerk. Toen werd ook de klokkentoren toegevoegd. Gelukkig koesteren de inwoners van Chania het culturele erfgoed van hun stad – zelfs als dat door een voormalige bezetter is geproduceerd – en hebben ze de minaret laten staan. Sterker nog, de minaret is zelfs gerestaureerd.

We lunchten in een restaurant genaamd Tamam, dat u iets ten zuidwesten van de Moskee van de Janitsaren vindt. Hier was vroeger een hamam oftewel openbaar badhuis, ook weer een overblijfsel uit de Ottomaanse tijd. Het eten bij Tamam was uitstekend, en dat gold ook voor de sfeer.

Na de lunch liepen we verder naar het zuiden en beklommen we het Venetiaanse Schiavo-bastion. Hoog op het bastion hebt u een schitterend uitzicht over de stad. U ziet bijvoorbeeld duidelijk de Panagia Trimartiri-kathedraal uit de negentiende eeuw. De kathedraal staat aan een plein in de buurt van het folkloremuseum en het hierboven reeds genoemde archeologisch museum. Ook staat hier een Rooms-Katholieke kerk, een van de weinige op Kreta. Op het plein staat een standbeeld van een man wiens naam Anagnostis Mantakas was. Hij ziet er uit als een angstaanjagende piraat, maar behoorde tot de eerste burgers die de Griekse vlag hesen toen Kreta in 1913 onderdeel van Griekenland werd. Hij moet toen al hoogbejaard zijn geweest, want volgens het standbeeld werd hij in 1817 geboren!

Chania, gezien vanaf het Schiavo-bastion.

De haven

Het mooiste gedeelte van Chania blijft toch het havendistrict. De sfeer is hier simpelweg het fijnst en het licht op het heldere blauwe water is prachtig. De haven bestaat overigens uit twee delen, een oudere haven in het oosten en een nieuwe haven ten westen van de oude haven. De havens worden van elkaar gescheiden door twee golfbrekers. Beide havens worden verder afgesloten door een pier die zo’n 500 meter lang is. Een eeuwenoude vuurtoren, tussen 1595 en 1601 gebouwd door de Venetianen, bewaakt de haveningang. Aan de andere kant van deze ingang staat het Venetiaanse fort Firkas, waarin tegenwoordig het Nautisch Museum van Kreta is gevestigd.

Haven van Chania.

Chania had zwaar te lijden onder de Duitse aanval op Kreta van 1941. Delen van de stad raakten flink beschadigd als gevolg van Duitse bombardementen. Op een informatiebord bij de haven wordt hier in drie talen bij stilgestaan. Waar de meeste bordjes in Chania in het Grieks en Engels zijn, is dit bord ook in het Duits. Opdat ze niet vergeten wat er gebeurd is…

One Comment:

  1. Pingback:Kreta: Moni Arkadiou – – Corvinus –

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.