Septimius Severus: Het Jaar 199

Ruïnes van Hatra (foto: 101st Airborne Division).

Op dit punt van het verhaal wordt de chronologie een beetje wazig. Mijn veronderstelling is dat Septimius Severus al vroeg in het jaar 199 opnieuw probeerde Hatra te veroveren, omdat het weer in dit deel van de wereld dan nog mild is. De keizer nam grote hoeveelheden voedsel en flink wat belegeringswerktuigen met zich mee. Maar ook de inwoners van Hatra hadden voorbereidingen getroffen. Ze gingen zelfs over tot een soort chemische oorlogsvoering. Dio beweert dat ze potten met nafta naar de aanvallende Romeinen gooiden, die een vernietigende uitwerking op zowel mens als machine hadden. Herodianus beweert dat ze tevens “aarden potten met kleine, angeldragende insecten” naar de Romeinen slingerden.[1] Bevoorradingsexpedities werden constant gefrustreerd door de snelle Arabische ruiters en de verliezen die de Romeinen hierbij leden, liepen snel op. De Romeinen slaagden er wel in een deel van de muren van Hatra neer te halen, maar ze konden geen vervolg geven aan dit succes. Na twintig dagen besloot de keizer zich terug te trekken naar Palestina.

Kaart van de situatie in het Oosten (bron: Ancient World Mapping Center. “À-la-carte”; CC BY 4.0)

Een tour door het Rijk

De keizer zou de rest van het jaar in Palestina en Egypte doorbrengen. In Alexandrië gaf hij het ius buleutarum (het recht om een βουλή te hebben) aan de Alexandrijnen, een recht dat Caesar Augustus hun lang geleden nog had geweigerd. Sindsdien werd de stad bestuurd door een enkele functionaris, de iuridicus Alexandriae, maar nu mocht ze dus een eigen raad instellen. De Historia Augusta bevat de interessante bewering dat Severus, terwijl hij een groot aantal privileges voor de Palestijnen bevestigde, tevens “zware straffen vast[legde] op overgang tot het jodendom en dit ook [liet] gelden voor bekering tot het christendom”.[2] Joodse opstanden hadden een aantal van zijn voorgangers – Vespasianus in 66-73, Trajanus in 115-117, Hadrianus in 132-135 – natuurlijk een hoop last bezorgd. Het is mogelijk dat Severus soortgelijke problemen verwachtte met de christenen. Zij waren nu een groep geworden die zich duidelijk van de Joden onderscheidde.

Bronnen

Primaire bronnen

Secundaire bronnen

  • Adrian Goldsworthy, The Fall of the West, p. 67-68;
  • Timothy Venning, A Chronology of the Roman Empire, p. 570-571.

Noten

[1] Herodianus III.9 (vertaling: M.F.A. Brok / Vincent Hunink).

[2] Severus 16 (vertaling: John Nagelkerken).

Bijgewerkt 30 december 2022.

One Comment:

  1. Pingback:Septimius Severus: Het Jaar 198 – – Corvinus –

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.