Hoog in de bergen van de Serra de Montejunto staat een gebouw dat er sterk uitziet als een kerk. Het is echter een oude ijsfabriek, tegenwoordig een nationaal monument. Het ijs dat hier werd geproduceerd werd gebruikt voor consumptie en – in het tijdperk voor de uitvinding van de koelkast – voor het koelen van zaken. In augustus 2015 gingen we naar deze Real Fábrica de Gelo en sloten ons aan bij een rondleiding. Helaas sprak de gids Engels noch Frans, alleen Portugees (ze was wel een expert op het gebied van het blazen van kauwgombellen). We moesten het dus doen met de paar bordjes en informatiezuilen die informatie in het Engels aanboden. Gelukkig was dit genoeg om iets te leren over deze curieuze locatie.
De ijsfabriek werkte als volgt. Allereerst was er het terrein waar het water werd opgehaald en gedistribueerd. Hier waren twee putten waarmee het water van binnen in de berg naar de oppervlakte kon worden gebracht. Dit gebeurde door middel van een waterrad dat werd aangedreven door dierkracht. Het water werd opgeslagen in een reservoir en vervolgens verdeeld over een aantal ondiepe vriestanks waarin het ’s nachts kon bevriezen. We konden ons goed voorstellen hoe dat in z’n werk ging: hoewel het midden op de dag was en bovendien hartje zomer, was het hier hoog in de bergen tamelijk fris. We bevonden ons minstens 500 meter boven zeeniveau en ’s nachts zou het zeker nog vele malen kouder zijn. We kregen de indruk dat het mogelijk moet zijn geweest het jaar rond ijs te produceren.
Het ijs werd vervolgens overgebracht naar het kerkachtige gebouw. Deze ijsfabriek werd gebouwd in het midden van de achttiende eeuw. Boven de deur staat weliswaar 1782, maar het lijkt erop dat er al sinds 1741 een eerdere fabriek op deze plek stond. De ijsfabriek bleef in bedrijf tot het einde van de negentiende eeuw, tot 1885 om precies te zijn, toen de fabriek geen nut meer had. Het complex werd gerund door de Koninklijke Sneeuwmaker. Kennelijk werd ijs in die dagen ‘sneeuw’ genoemd.
Binnen in het gebouw kan de bezoeker nog de ruimtes zien waar het ijs werd opgeslagen, de ruimte waar het in stukken werd gehakt en verpakt en de ruimte waar de pakken werden opgeborgen met het oog op het transport. De ijsblokken werden ingepakt en geïsoleerd in stro en linnen om te voorkomen dat ze zouden smelten. Vervolgens werden ze op ezeltjes geladen, die de blokken langs de zuidelijke helling van de Serra de Montejunto naar de rivier de Taag brachten, die zo’n 25 kilometer oostelijker stroomt. Het ijs werd per rivierschip naar Lissabon verscheept, waar het in cafés werd gebruikt, en naar leden van het Koninklijk Huis van Portugal.
De Serra de Montejunto is een zogenaamd ‘beschermd landschap’. Dat betekent dat er alleen gelegenheid is voor ecologisch toerisme. Vlak bij de ijsfabriek is een kampeerterrein en via een of meerdere wandelroutes kan de bezoeker het gebied verkennen. Als u met de auto nog hoger de berg op gaat, dan zult u getrakteerd worden op schitterende uitzichten.
Nabij de top, op een hoogte van zo’n 650 meter, staat een klein kerkje, de Nossa Senhora das Neves (“Onze-Lieve-Vrouwe van de Sneeuw”). Naast het kerkje zien we de ruïne van een Dominicaans klooster. Het eerste klooster hier werd in 1218 gebouwd, maar het werd zeven jaar later al verlaten vanwege het onvriendelijke klimaat en de moeilijke leefomstandigheden. In de achttiende eeuw keerden de Dominicaner monniken terug naar deze plek en herbouwden het klooster. Het is de ruïne van dat gebouw die we vandaag de dag nog kunnen zien.