Umbrië: Tempietto del Clitunno

Tempietto del Clitunno.

Niemand weet wanneer precies dit schattige kleine tempeltje langs de rivier de Clitunno is gebouwd. Eén ding weten we wel zeker: het gebouw is eigenlijk geen tempeltje. Het Tempietto is altijd een christelijk gebouw geweest, waarschijnlijk een kerk (want er is een altaar), maar misschien tevens een mausoleum. Dat het zo moeilijk is het Tempietto te dateren, komt mede omdat het gedeeltelijk is gebouwd met spolia, dat wil zeggen bouwmateriaal afkomstig van Romeinse gebouwen en hergebruikt voor andere doeleinden. Alle zuilen zijn bijvoorbeeld spolia, en de aedicula tegen de achtermuur komt uit de tijd van keizer Augustus. Hoewel het debat over de precieze ouderdom van het gebouw ongetwijfeld zal worden voortgezet, kunnen we er op dit moment het beste van uitgaan dat het Tempietto in de zevende of achtste eeuw is gebouwd, in de tijd van de Longobarden. In die tijd was de stad Spoleto, die iets meer dan 10 kilometer zuidelijker ligt, de hoofdstad van een Longobardisch hertogdom. Zowel het Tempietto als de kerk van San Salvatore in Spoleto (zie deze bijdrage) staan op de lijst van Longobard Places of Power.

Geschiedenis

We komen het Tempietto voor het eerst tegen in documenten uit de veertiende eeuw. Het werd toen de Ecclesia S. Salvatoris, de kerk van San Salvatore, genoemd (niet te verwarren met haar gelijknamige tegenhanger in Spoleto). Lange tijd werd gedacht dat het gebouw een oude heidense tempel was, die was omgevormd tot een christelijke kerk. In een brief aan Romanus maakte de Romeinse schrijver Plinius de Jongere (ca. 61-113) melding van “een oude en eerbiedwaardige tempel waarin een beeld staat van de riviergod Clitumnus in vol ornaat”. Kan het Tempietto dus oorspronkelijk een tempel zijn geweest die was gewijd aan Clitumnus, de personificatie van de gelijknamige rivier? Eeuwenlang waren veel mensen maar al te zeer bereid dit te geloven, en in de zestiende eeuw werd de naam Tempietto del Clitunno gemunt door de humanisten. In de achttiende eeuw kwam hier radicaal verandering in. De meeste geleerden begonnen toen in te zien dat het gebouw, ook al waren daarin heidense elementen verwerkt, vanaf het begin een christelijk gebouw moet zijn geweest. Voor de totstandkoming ervan ging men vervolgens uit van een latere datum, namelijk de late vierde of vijfde eeuw, ruwweg de periode tussen de keizer Theodosius (379-395) en de Ostrogotische koning Theoderik (489-526).

Het Tempietto del Clitunno, van opzij bezien.

Interieur van het Tempietto.

Niemand betwijfelt nu nog dat het Tempietto altijd een christelijk gebouw is geweest, maar in de twintigste eeuw werd de datering weer ter discussie gesteld. De voornaamste criticaster was de Duitse archeoloog Friedrich Wilhelm Deichmann (1909-1993). Deze formuleerde de theorie dat het Tempietto in de achtste of negende eeuw was gebouwd, mogelijk als een mausoleum voor de Hertogen van Spoleto. We weten dat het met de heerschappij van de Longobarden in Italië in 774 wel min of meer gedaan was, want in dat jaar namen de Franken van Karel de Grote de Longobardische hoofdstad Pavia in. De laatste etnisch Longobardische Hertog van Spoleto stierf in 788 of 789 en zijn opvolgers waren allemaal Franken. Als de bewering van Deichmann dus correct is, zou het Tempietto heel goed tijdens de Karolingische periode gebouwd kunnen zijn. Met als logisch gevolg dat het onmiddellijk moet worden geschrapt van de lijst met Longobard Places of Power.

De meest recente onderzoeken gaan echter toch weer uit van een eerdere datum voor de bouw, namelijk ergens in de zevende of achtste eeuw. De theorie dat het gebouw in een van deze eeuwen verrees wordt gesteund door geleerden als Judson J. Emerick (1941), die een boek van 630 pagina’s over het Tempietto schreef, en Carola Jäggi (1963), een Zwitserse kunsthistoricus. Recentelijk is betoogd dat de fresco’s in het Tempietto tijdens het pontificaat van Paul Johannes VII (705-707) werden geschilderd. Al met al is het dus heel goed mogelijk dat het Tempietto wel degelijk een Longobardisch gebouw is. Het kan dus nog wel even op de lijst met Places of Power blijven staan.

Exterieur

Fresco van Christus in de apsis.

Het Tempietto staat nogal geïsoleerd lang de Via Virgilio. Iets verder naar het zuiden is een parkeerplaats, en van daaruit kan men de weg naar de kerk volgen. Langs deze weg zou men een Bed & Breakfast met de naam Pieve Sant’Angelo moeten kunnen zien die – afgaande op de naam – een oudere kerk verving die hier ooit moet hebben gestaan. Dicht bij het Tempietto vinden we een oude watermolen. Het water van de Clitunno is nog steeds nat, maar daarmee is alles eigenlijk wel gezegd. Van een rivier is nauwelijks nog sprake, in elk geval niet op deze plek.

De gevel van het Tempietto is indrukwekkend. We zien een pronaos of portiek bestaande uit zes zuilen (zie de eerste afbeelding in deze bijdrage). Vier daarvan zijn echte Korintische zuilen, maar de twee aan de zijkanten zijn vierkante pilaren die vastzitten aan de zijmuren. Zoals hierboven reeds werd vermeld, zijn de zuilen spolia. Het Tempietto werd op een podium gebouwd; onder de portiek bevindt zich een crypte, die weliswaar te bezoeken is, maar die verder geen bezienswaardigheden in de aanbieding heeft. De zuilen ondersteunen een architraaf met de tekst:

S[AN]C[TV]S DEVS ANGELORVM QVI FECIT RESVRRECTIONEM

Uit deze tekst blijkt waarom de kerk is vernoemd naar en gewijd aan San Salvatore, i.e. de Heiland. De tekst betekent namelijk ‘Heilige God van de Engelen, die de Wederopstanding bewerkstelligde’. Boven de architraaf zien we een driehoekig fronton met prachtige decoraties als druiventrossen, bloemmotieven, acanthusranken en een christelijk kruis in het midden. Het kruis is feitelijk een Staurogram, een combinatie van de Griekse letters tau en rho.

Achterzijde van het Tempietto.

Het schip van de kerk – of de cella – werd betreden via een voorhal die men via twee trappen aan de zijkant binnen kon gaan. De zijingangen zijn er nog steeds, maar de twee trappen zijn verdwenen. Bij nadere inspectie blijkt er nog veel meer verdwenen te zijn. Oorspronkelijk hadden de zijingangen namelijk ieder een eigen gevel, maar deze raakten tijdens een aardbeving in 1730 beschadigd en werden toen afgebroken. Om het Tempietto binnen te komen, moeten we nu gebruikmaken van een moderne trap aan de linkerzijde van de kerk. Gelukkig zijn de teksten die ooit boven de zijingangen stonden wel opgetekend. Deze luidden:

SCS DEVS PROFETARVM QVI FECIT REDENTIONEM

SCS DEVS APOSTOLORVM QVI FECIT REMISSIONEM

De teksten verwijzen naar de Heilige God van de profeten, verantwoordelijk voor de Verlossing, en naar de Heilige God van de apostelen, verantwoordelijk voor Vergeving van Zonden. Vergeet niet om even om het Tempietto heen te lopen en het gebouw van de achterkant te bewonderen. Het fronton aan deze kant heeft dezelfde versieringen als aan de voorkant. We kunnen vaststellen dat de decoraties in beide frontons oorspronkelijk beschilderd waren. Van de rode verf is nog behoorlijk wat bewaard gebleven.

De apsis van nabij bekeken.

Interieur

Vanuit de voorhal gaat men een kleine rechthoekige ruimte met een apsis binnen. Die apsis is overigens een toevoeging van latere datum, waarvoor de achtermuur gesloopt en vervolgens weer opgebouwd moest worden. Ooit was het Tempietto een belangrijke bestemming voor pelgrims, hetgeen blijkt uit de vele namen die in de fresco’s van Petrus en Paulus op de apsismuur zijn gekerfd. Deze ‘pelgrim-graffiti’ is intrigerend, want ze roept de vraag op waarom deze mensen hier zo graag wilden komen. Het Tempietto kan in elk geval nooit ‘gewoon’ een kerk zijn geweest, nog afgezien van het feit dat het veel te klein is voor kerkdiensten. De gemiddelde pelgrim zal ook niet snel warmlopen voor een bezoek aan het mausoleum van een Hertog van Spoleto, tenzij de man als een heilige werd beschouwd (wat bij geen van de hertogen het geval was, voor zover ik weet). Misschien diende het Tempietto als veronderstelde laatste rustplaats van een lokale heilige. Misschien geloofden de pelgrims, zoals veel schrijvers uit de Oudheid, in de geneeskrachtige werking van het water van de Clitunno. En misschien vonden er wel mysterieuze ceremoniën plaats in de crypte. Al deze vragen schreeuwen om antwoorden, maar ik ben bang dat ik die antwoorden niet heb.

Ik weet echter wel dat de fresco’s van Petrus en Paulus tot de oudste in heel Umbrië worden gerekend. Zoals ik hierboven reeds aangaf, is recent gesuggereerd dat ze tijdens het pontificaat van Paus Johannes VII (705-707) werden geschilderd. Petrus is afgebeeld met een witte baard en wit haar, en hij houdt in zijn linkerhand een kruis vast; Paulus is een enigszins kalende man met een donkere baard en een boek in zijn hand. Tussen de twee heiligen zien we een fraai tabernakel, dat overigens leeg is. De schelp van de apsis is verfraaid met een – inmiddels beschadigd – fresco van Christus die zijn zegen geeft (zie de afbeelding hierboven). Ook hij houdt een boek vast, dat net als dat van Paulus gesloten lijkt te zijn.

Petrus en Paulus.

De aedicula met haar driehoekige fronton is fascinerend. Mogelijk is dit het oudste onderdeel van het Tempietto, want het dateert van de tijd van keizer Augustus (eerste eeuw BCE of eerste eeuw CE). Benadrukt moet echter worden dat niet alle elementen van de aedicula in de Oudheid werden gemaakt. Het timpaan werd bijvoorbeeld duidelijk aangepast zodat het in de apsis paste. In het bovenste gedeelte van het fronton zien we een Christogram of Chi-Rho-symbool, dat niet verward moet worden met het Staurogram van de gevel. Boven het fronton zijn nog meer fresco’s geschilderd. Hier zien we drie tondi, waarvan er een zo beschadigd is dat het bijna onmogelijk is om nog vast te stellen wat erin is afgebeeld. In hun nomination file voor UNESCO betogen de Italiaanse autoriteiten dat het een met juwelen bezet kruis was met de letters alfa en omega uit het Bijbelboek Openbaring. Ik zie zelf alleen maar een kwak verf. Gelukkig zijn de andere twee tondi gemakkelijker te interpreteren: daarin staan de bustes van twee engelen.

Driehoekig fronton van de aedicula en verschillende fresco’s.

Voor deze bijdrage heb ik gebruikgemaakt van de UNESCO nomination file voor de Longobard Places of Power. Daarnaast had ik veel aan een ter plekke verstrekte brochure over het Tempietto en de website Key to Umbria.

One Comment:

  1. Pingback:Rome: De Sint Pieter – – Corvinus –

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.