Mijn wandeling langs de Via Appia (deel 6)

San Sebastiano fuori le Mura.

Dit is deel 6 van het verslag van mijn wandeling langs de Via Appia, van het Circus Maximus naar de Villa van de Quintilii zo’n 8 kilometer verder naar het zuidoosten. De delen 1, 2, 3, 4 en 5 vindt u hier.

Nadat ik de kleine kerk van Sant’Urbano alla Caffarella van een afstandje had bewonderd, moest ik een probleem zien op te lossen. Ik wilde teruglopen naar de Via Appia Antica, maar voor voetgangers is er kennelijk geen eenvoudige route om daar vanaf de Vicolo Sant’Urbano te komen. Eigenlijk had ik maar één optie, en dat was langs de drukke, lawaaiige en vieze Via Appia Pignatelli met al haar verkeer te lopen en bij de kruising met de Vicolo della Basilica linksaf te slaan. Er is hier geen trottoir, en ik weet eigenlijk niets eens of je als voetganger wel langs deze weg mag lopen. Het leek me echter de enige manier om bij de kerk van San Sebastiano fuori le Mura te komen zonder weer helemaal terug te lopen door het Parco della Caffarella. Gelukkig duurde de wandeling niet erg lang en kwam ik veilig bij de basiliek aan.

De San Sebastiano fuori le Mura is een zeer interessante basiliek. Dit is namelijk de plek waar het woord ‘catacomben’ werd geboren. Het woord is afgeleid van het Griekse κατά κύμβας, wat ‘bij de (steen)groeven’ betekent en verwijst naar de pozzolana-groeve die zich hier in de Oudheid bevond. Deze groeve werd ook gebruikt voor begrafenissen en later werden er op verschillende niveaus tunnels gegraven, i.e. de catacomben zoals we ze vandaag de dag kennen. Later zou het woord ‘catacomben’ gebruikt worden voor alle ondergrondse begraafplaatsen. Het moet benadrukt worden dat deze zeker niet alleen door christenen gebruikt werden. De kerk van San Sebastiano, gebouwd in de vroege vierde eeuw, werd oorspronkelijk de Basilica Apostolorum genoemd en was gewijd aan Petrus en Paulus. Hun overblijfselen zouden hier zelfs een tijdje gerust hebben. Later werd de kerk herwijd aan Sint Sebastiaan. Voor een gedetailleerdere bespreking van de kerk, haar geschiedenis en haar kunst verwijs ik naar een eerdere bijdrage daarover.

De Villa van Maxentius.

De Villa van Maxentius

Het Mausoleum van Valerius Romulus.

Na mijn bezoek aan de San Sebastiano, liep ik verder langs de Via Appia en stopte ik bij het enorme landgoed dat ooit eigendom was van keizer Maxentius (306-312). Hij was de zoon van de voormalige keizer Maximianus (286-305), maar hij verwierf zijn troon niet op een legale manier. In zijn tijd gold het systeem van de Tetrarchie, een regeringsvorm die in 293 werd ingevoerd door keizer Diocletianus. Het enorme Romeinse Rijk werd in vieren gedeeld en ieder deel werd bestuurd door ofwel een senior keizer (een Augustus), ofwel een junior keizer (een Caesar). Bij de dood of het aftreden van een Augustus volgde een Caesar hem normaal gesproken op. Vervolgens koos deze zelf een nieuwe Caesar. Hoewel zijn vader een Augustus was geweest, werd Maxentius nooit tot junior keizer benoemd en daar was hij bijzonder rancuneus over. In 306 riepen in Rome gelegerde soldaten hem alsnog tot keizer uit en kwam hij dankzij een geweldloze coup aan de macht. De usurpator Maxentius wist enkele jaren stand te houden tegen zijn rivalen, maar werd uiteindelijk in 312 vernietigend verslagen door Constantijn de Grote in de Slag bij de Milvische Burg.

Hoewel zijn regering maar kort was en hij bovendien vaak zeer krap bij kas zat, ontplooide Maxentius grote bouwactiviteiten. Zo was hij verantwoordelijk voor de enorme basilica op het Forum Romanum, de Basilica Nova. Deze kennen we tegenwoordig als de Basilica van Maxentius en Constantijn, maar het gebouw was vermoedelijk al bijna klaar toen Maxentius stierf; Constantijn hoefde alleen de finishing touch te verzorgen, en dat deed hij door de ingang te maken in de lange zuidelijke zijde in plaats van de korte oostelijke zijde. Maxentius begon tevens met de bouw van een groot complex van openbare baden op de Quirinaal; tegenwoordig worden deze doorgaans toegeschreven aan en zijn ze vernoemd naar Constantijn.[1] En dan was er dus nog de Villa van Maxentius aan de Via Appia, die zichtbaar bedoeld was om indruk te maken op reizigers van en naar Rome. Mogelijk nam de Villa de plaats in van een deel van de oudere Villa van Herodes Atticus en zijn vrouw Annia Regilla die al in deel 5 van deze serie is besproken. Van de keizerlijke residentie is niet veel overgebleven, maar toch is deze plek – die men overigens gratis kan bezoeken – om twee redenen interessant: het Mausoleum van Valerius Romulus en de overblijfselen van het immense Circus van Maxentius.

Interieur van het Mausoleum van Valerius Romulus.

De genoemde Romulus was niet de legendarische eerste koning van Rome, maar de zoon van Maxentius. De jongen was vernoemd naar zijn overgrootmoeder, een Dacische vrouw die Romula heette.[2] Romulus stierf jong en liet een groot gat achter. Maxentius liet hem vergoddelijken en zou op het Forum Romanum een tempel aan hem hebben gewijd. Deze ronde tempel is nu onderdeel van de kerk van Santi Cosma e Damiano, maar er bestaat twijfel over de vraag of dit gebouw wel echt de Tempel van Romulus was (volgens een alternatieve theorie was het de Tempel van Jupiter Stator). We hoeven deze kwestie hier niet te bespreken; het enige wat ter zake doet, is dat het vrij zeker is dat Romulus zijn laatste rustplaats vond in het ronde mausoleum dat bij de Villa van Maxentius aan de Via Appia hoorde. Rondom het mausoleum stond een vierkante omheining of quadriporticus, waarvan een aanzienlijk deel bewaard is gebleven.

Het is aannemelijk dat het ronde gebouw bedoeld was als mausoleum voor de dynastie van Maxentius en zijn familie. Alleen het onderste niveau, dat enigszins verzonken ligt, werd voltooid. Hier had de familiecrypte moeten komen. Er werden wel plannen gemaakt voor een verdieping in de vorm van een kleine tempel, maar deze werden nooit uitgevoerd. Dat kwam ongetwijfeld doordat aan de dynastie van Maxentius al heel snel een einde kwam. In de achttiende eeuw werd er een grote boerderij tegen het mausoleum aangebouwd, die later door de familie Torlonia werd omgebouwd tot woning. Deze woning staat er vandaag de dag nog steeds en ziet er een beetje uit als een enorme slak die uit een platgeslagen huisje kruipt. Toeristen mogen de crypte bezoeken, maar afgezien van de nissen waarin de sarcofagen werden geplaatst is er niet veel te zien. We weten niet of de crypte ooit versierd is geweest. Het meest aannemelijke scenario is dat de plannen voor decoratie doorkruist werden door het ontijdige verscheiden van Maxentius. In de voormalige boerderij vinden we wel wat muurschilderingen die wagenmenners, gladiatoren en ridders te paard voorstellen. Gelet op het bouwjaar van de boerderij moeten die niet heel lang geleden geschilderd zijn.

Het Circus van Maxentius.

Ook al is het tegenwoordig grotendeels een ruïne, het particuliere Circus van Maxentius maakt nog steeds indruk op bezoekers (zie de afbeelding hierboven). Het Circus was zo’n 500 meter lang en 92 meter breed. De centrale spina, de ‘ruggengraat’ waar de wagens omheen raceten, had een lengte van omstreeks 296 meter. Een gedeelte ervan is nog zichtbaar. Volgens schattingen bood het Circus plaats aan minstens 10.000 toeschouwers.[3] Dat is indrukwekkend, maar het is natuurlijk niets vergeleken met bijvoorbeeld het Circus Maximus in de stad, dat plaats had voor minstens 150.000 toeschouwers. Er was een speciale loge voor de keizer, die via een overdekte loopbrug bereikt kon worden. De overblijfselen van de carceres, van waaruit de wagens aan de race begonnen, zijn nog steeds te zien. De meest imposante overblijfselen zijn die van de twee hoektorens aan de korte kant van het Circus. De spina in het midden was ooit versierd met een Egyptische obelisk, die later zijn weg vond naar Bernini’s beroemde Fontana dei Quattro Fiumi – Fontein van de Vier Rivieren – op de Piazza Navona.

Naar deel 7


[1] Zie Henk Singor, Constantijn, p. 277-279.

[2] Henk Singor, Constantijn, p. 172.

[3] Henk Singor, Constantijn, p. 226.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.