De kathedraal van Monreale (deel 2): het interieur

Het interieur van de kathedraal van Monreale wordt gedomineerd door meer dan 6.000 vierkante meter aan mozaïeken. De dominantie van deze decoraties is zo groot dat je als bezoeker geneigd bent te denken dat een bezoek alleen om de mozaïeken draait. De kathedraal heeft kunstliefhebbers echter nog veel meer te bieden: van vloeren tot plafonds, en van graftomben tot kapellen. Alvorens een aparte bijdrage te wijden aan de pracht van de mozaïeken zal ik daarom in deze bijdrage stilstaan bij enkele andere hoogtepunten in het interieur.

Interieur van de kathedraal.

Middenschip, zijbeuken, dwarsschip

Achttien zuilen delen de kathedraal op in een middenschip en twee zijbeuken. De zuilen zijn spolia, dat wil zeggen materialen weggenomen uit oude Romeinse gebouwen en hier hergebruikt. Vermoedelijk stonden die gebouwen niet op Sicilië en werden de zuilen vanaf het Italiaanse vasteland per schip aangevoerd. Alle zuilen zijn gemaakt van graniet, behalve de eerste zuil aan de rechterkant, die is gemaakt van groen Cipollinomarmer. Ook de kapitelen zijn spolia. Ze zijn voorzien van heidense figuurtjes zoals we die ook wel in kerken in Rome tegenkomen, een duidelijk teken van de triomf van het christendom over het ongeloof.

Linker zijbeuk van de kathedraal.

Cosmatenvloer.

De wanden van de zijbeuken zijn bekleed met marmer en verfraaid met Cosmatendecoraties. In het dwarsschip komen we verder ook mooie Cosmatenvloeren tegen. Helaas is het originele houten plafond bij een brand in 1811 verloren gegaan, nadat dit plafond overigens al bij verschillende gelegenheden gerestaureerd was. Het huidige plafond is dus negentiende-eeuws, maar de makers ervan hebben wel een poging gedaan het origineel te repliceren. In het plafond ziet men Arabische invloeden die in het Normandisch-Siciliaanse koninkrijk – en zeker in en rondom een cultureel nog sterk Arabische stad als Palermo – heel gebruikelijk waren. Voorbeelden zijn de achtpuntige sterren op de balken van het middenschip.

Cosmatenvloer.

Zicht op het plafond van de kathedraal. De mozaïeken zijn van soldatenheiligen als Joris en Theodorus.

Graftomben

Graftombe van koning Willem I ‘de Slechte’.

In het rechter dwarsschip staan naast elkaar de graftomben van de koningen Willem I en Willem II van Sicilië, vader en zoon. Willem I kreeg zo’n 200 jaar na zijn dood de bijnaam ‘De Slechte’. Dat was niet geheel verdiend, en vooral het gevolg van de propaganda van een zekere Hugo Falcandus – de naam is mogelijk een pseudoniem – die in zijn Liber de Regno Sicilie geen spaan van de koning heel liet. Willem I, die tussen 1154 en zijn dood in 1166 op de troon zat, was inderdaad geen goede koning. Als vorst kwam hij nooit ook maar in de buurt van zijn illustere vader Rogier II (1130-1154). Hij was echter eerder onfortuinlijk dan slecht. Het begin van zijn regering was zelfs veelbelovend. Dankzij zijn eerste minister, de emir der emirs Maio van Bari, wist Willem in 1156 een Byzantijnse aanval in Apulië af te slaan en een verdrag te sluiten met de vijandige Engelse paus Adrianus IV (1154-1159). Daarna volgde echter een reeks tegenslagen. De Siciliaanse gebieden in Noord-Afrika gingen in 1160 verloren en in maart van 1161 werd er een coup tegen Willem gepleegd door zijn halfbroer Simon[1] en zijn neef Tancred van Lecce[2]. De coup mislukte uiteindelijk, maar leidde wel tot de dood van Willems zoontje Rogier, die door een verdwaalde pijl werd geraakt. Na dit tragische voorval was de koning voortdurend bang en onzeker.

Koning Willem I overleed in 1166 op slechts veertigjarige leeftijd. Hij werd begraven in de Cappella Palatina in Palermo, maar later door zijn zoon en opvolger Willem II (1166-1189) naar diens nieuwe kathedraal in Monreale overgebracht. De graftombe van de eerste Willem is een klassieke porfieren sarcofaag, in de beste traditie van de Romeinse en Byzantijnse keizers. Ooit stond de sarcofaag onder een baldakijn, gedragen door zes zuilen, maar deze is helaas verloren gegaan. Het contrast met de graftombe van koning Willem II is groot. De tweede Willem was na zijn dood op slechts 36-jarige leeftijd aanvankelijk begraven in de buurt van het hoogaltaar. In plaats van een schitterende graftombe had hij slechts een eenvoudige houten grafkist gekregen.[3] Dit vond Ludovico de Torres, aartsbisschop van Monreale tussen 1573 en 1584, te weinig eer voor de stichter van de kathedraal. Hij liet het lichaam van de koning in 1575 opgraven en bijzetten in een nieuwe sarcofaag gemaakt van wit marmer, gedecoreerd met vergulde reliëfs en voorzien van uitgebreide teksten in het Latijn.

Graftombe van koning Willem II ‘de Goede’.

Koning Willem II van Sicilië is bij het nageslacht bekend geworden als Willem de Goede. Die bijnaam, ook vermeld op zijn graftombe (GVLIELMO COGNOMENTO BONO), is nauwelijks verdiend. Willem wilde geen gerespecteerde diplomaat zijn zoals zijn grootvader Rogier II, maar veel liever een veroveraar zoals zijn overgrootvader Rogier I, de grondlegger van de Normandische macht op Sicilië. In 1174 liet hij zijn vloot een aanval doen op Alexandrië in Egypte, maar die aanval mislukte faliekant. Veel grootschaliger was de oorlog die de koning in 1185 lanceerde tegen het Byzantijnse Rijk. Het zou zijn meest rampzalige beslissing ooit worden, want de oorlog eindigde ongeveer net zo als Napoleons veldtocht tegen Rusland. Na aanvankelijke successen werd het Siciliaanse leger helemaal teruggejaagd naar Durazzo in het huidige Albanië, vanwaar de veldtocht was begonnen. Van dat eens zo machtige leger was toen weinig meer over.

Ook op andere gebieden was Willem II niet erg succesvol. In de jaren 1170 waren er pogingen gedaan de koning te laten trouwen met eerst een dochter van de Byzantijnse keizer Manuel I Komnenos en vervolgens, toen Manuel weigerde deze Maria Komnene te sturen, met een dochter van Frederik Barbarossa, keizer van het Heilige Roomse Rijk. Ook dat liep op niets uit, waarna Willem uiteindelijk in 1177 trouwde met Joanna, de dochter van de Engelse koning Hendrik II. Het huwelijk bleef kinderloos, met als gevolg dat na de dood van Willem in 1189 een opvolgingscrisis uitbrak waarin verschillende facties om de macht streden. Vijf jaar later, in 1194, was het gedaan met het Normandische koninkrijk Sicilië. De nieuwe koning werd toen de Duitser Hendrik VI van Hohenstaufen (1165-1197), keizer van het Heilige Roomse Rijk en zoon van de genoemde Frederik Barbarossa. Hij was in 1186 getrouwd met de veel oudere Constance van Sicilië (1154-1198), een postume dochter van koning Rogier II en daarmee een tante van Willem II. Willem had toestemming gegeven voor het huwelijk, waarmee hij het risico liep dat bij blijvende kinderloosheid de troon in Duitse handen zou komen. En dat was dus precies wat er gebeurde.

Graftombe van Margaretha van Navarra.

Ook in het linker dwarsschip zijn enkele interessante graftomben te vinden. In een ervan bevinden zich het hart en de ingewanden van de Franse koning Lodewijk IX. Hij stierf in 1270 terwijl hij op kruistocht was in Tunesië. Het lichaam van de koning werd overgebracht naar de basiliek van Saint-Denis bij Parijs, maar dat zijn hart en ingewanden in de kathedraal van Monreale terechtkwamen, is toe te schrijven aan de jongere broer van de koning, Karel van Anjou. Hij was tussen 1266 en 1282 (en formeel zelfs tot 1285) koning van Sicilië. Paus Bonifatius IX (1294-1303) verklaarde koning Lodewijk IX in 1297 heilig, waarmee hij de enige Franse koning in de geschiedenis is die de heiligenstatus verwierf. Andere graftomben in het linker dwarsschip zijn die van familieleden van koning Willem II: zijn oudere broer Rogier (als gezegd gestorven tijdens de staatsgreep van 1161), vermoedelijk zijn jongere broer Hendrik (1160-1172) en zijn moeder Margaretha van Navarra (gestorven 1183).

Cappella Roano

Van de verschillende kapellen in de kathedraal is de Cappella del Santissimo Crocifisso de indrukwekkendste en interessantste. De kapel staat ook bekend als de Cappella Roano, naar aartsbisschop Giovanni Roano (1673-1703), in wiens opdracht de bouw van de kapel in 1687 begon. De betrokken architect was de Jezuïet Angelo Italia (1628-1700). De Cappella Roano is een typisch voorbeeld van Siciliaanse Barok, kleurrijk en overdadig. De een houdt ervan, de ander vindt het verschrikkelijke kitsch. De officiële naam van de kapel, Cappella del Santissimo Crocifisso, is afgeleid van het vijftiende-eeuwse crucifix achter in de kapel. Het crucifix heeft Noord-Europese trekken en werd mogelijk gemaakt in opdracht van Ausias Despuig, aartsbisschop van Monreale tussen 1458 en 1483. De vloer van de kapel en de vier grote marmeren beelden van profeten zijn bijzonder fraai.

Cappella Roano.

Bronnen

  • Capitool reisgids Sicilië (2019), p. 80-81;
  • John Julius Norwich, Sicily, hoofdstuk 4;
  • John Julius Norwich, The Kingdom in the Sun, p. 321;
  • Lisa Sciortino, Monreale. The cathedral, the mosaics, the cloister, p. 27-31, p. 149-154 en p. 167.

Noten

[1] Een bastaardzoon van Willems vader Rogier II. Rogier had hem in 1148 tot prins van Taranto benoemd.

[2] Een bastaardzoon van Rogier III, hertog van Apulië, de oudste zoon van Rogier II en dus ook de oudste broer van Willem. Rogier III stierf al in 1148, zo’n zes jaar voor zijn vader. Omdat de andere twee oudere broers, Tancred en Alfonso, ook vroegtijdig overleden, ging de Siciliaanse kroon over op de vierde zoon, Willem.

[3] Dit was kennelijk gevolg van een strijd tussen de aartsbisschoppen van Monreale en Palermo, als gevolg waarvan de voor Willem II bedoelde graftombe in Palermo bleef en later verdween. Zie John Julius Norwich, The Kingdom in the Sun, p. 321.

One Comment:

  1. Pingback:De kathedraal van Monreale (deel 1): geschiedenis en exterieur – – Corvinus –

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.