Udine: Piazza della Libertà

Loggia del Lionello.

De Piazza della Libertà is het bekendste plein in het centrum van Udine. Het plein wordt gedomineerd door twee gebouwen. Aan de zuidkant is dat de Loggia del Lionello, het oude stadhuis van Udine dat veel wegheeft van het Dogepaleis in Venetië. Aan de noordkant staat de Porticato di San Giovanni, waarvan de klokkentoren (Torre dell’Orologio) een onderdeel is. Op het plein zelf staan verschillende beelden en monumenten. Ten slotte kan men vanaf de Piazza della Libertà de weg omhoog naar het kasteel van Udine nemen. In de zomer is het verstandig de klim niet in de volle zon te doen, maar beschutting te zoeken in de overdekte zuilengalerij die langs de rechterzijde van de weg loopt. Deze staat bekend als de Loggia del Lippomano.

De Loggia del Lionello is een schoolvoorbeeld van Venetiaanse gotiek in Udine. De stad maakte sinds 1420 deel uit van de terra firma van de Serenissma, haar gebieden op het Italiaanse vasteland. In 1441 besloot het stadsbestuur op voorstel van Nicolò Savorgnan een nieuw stadhuis te laten bouwen. De naam van het nieuwe gebouw is afgeleid van Nicolò Lionello (ca. 1400-1462), een goudsmid en architect uit Udine die tot de ontwerpers en eerste bouwopzichters van de Loggia behoorde. De uitvoering van het project was echter in handen van de architect Bartolomeo delle Cisterne (ca. 1400-1480) uit Capodistria (nu Koper in Slovenië). Al in 1455 kon het stadsbestuur in zijn nieuwe onderkomen vergaderen.

Centraal balkon van de Loggia del Lionello.

In 1511 raakte het gebouw zwaar beschadigd als gevolg van een aardbeving, die noodzaakte tot grootschalige restauratiewerkzaamheden. Een tweede ramp deed zich voor in 1685. Terwijl in Udine feestgevierd werd vanwege Venetiaanse overwinningen op de Turken sloegen vreugdevuren over naar de Loggia del Lionello. Het volledige interieur van het stadhuis ging verloren en de restauratiewerkzaamheden die volgden, werden pas in 1878 afgerond. Wat we tegenwoordig zien, is een fraai gebouw met een Gotische loggia op de begane grond en daarboven een verdieping met de vergaderzalen. Het gebouw heeft in het midden een balkon van waaraf menigten op het plein konden worden toegesproken. De loggia is 24 uur per dag open, maar ik vermoed dat de verdieping erboven niet opengesteld wordt voor het publiek.

De Porticato di San Giovanni aan de andere zijde van het plein dateert van de zestiende eeuw. Van oudsher stond hier de kerk van San Giovanni, die in 1511 zwaar beschadigd raakte bij de bovengenoemde aardbeving. De architect Bernardino da Morcote werd vervolgens ingehuurd om niet alleen de kerk te herbouwen, maar tevens aan weerszijden ervan een mooie zuilengang te maken. De kerk is tegenwoordig een gedenkplaats voor de gevallenen van de Eerste Wereldoorlog. Udine was de stad waar de incompetente Italiaanse opperbevelhebber Luigi Cadorna (1850-1928) zijn hoofdkwartier had opgeslagen. Na de zware Italiaanse nederlaag bij Caporetto in 1917 namen Duitse en Oostenrijkse troepen de stad in. De bezetting was gelukkig maar tijdelijk, maar zal een diep trauma hebben nagelaten.

Porticato di San Giovanni.

De oude klokkentoren van de kerk van San Giovanni werd in 1527 omgevormd tot de Torre dell’Orologio. De verantwoordelijke architect was Giovanni da Udine (1487-1561). Hij baseerde zich duidelijk op een Venetiaans voorbeeld, want de gelijkenissen met de Torre dell’Orologio op de Piazza San Marco in Venetië zijn groot. Op de toren staan twee koperen beelden die ieder uur op een bel slaan. De huidige beelden zijn het werk van de beeldhouwer Vincenzo Luccardi (1808-1876), die in 1850 de eerdere beelden van hout bekleed met lood verving. Er zijn twee theorieën over wie de koperen mannen moeten voorstellen. Vaak worden ze Moren genoemd, waarbij de namen Gradine en Baleben vallen (niet bepaald Moorse namen overigens). Volgens een andere theorie gaat het om een Italiaan en een Duitser, die een meningsverschil hebben over de vraag of ze de Italiaanse of Duitse tijd moeten volgen.

Koperen mannen op de Torre dell’Orologio.

Vrouwe Justitia.

In de zuidwesthoek van het plein staat op een hoge zuil een beeld van Vrouwe Justitia. Ze heeft een kroon, een zwaard en een weegschaal, maar geen blinddoek. Het beeld dateert van 1612 en werd gemaakt door de lokale beeldhouwer Girolamo Paleario (ca. 1579-1634). Volgens mijn reisgids werd het beeld ook wel La Tabachiere genoemd, de tabaksverkoopster. Kennelijk werd een soortgelijke weegschaal gebruikt om tabak te wegen. Het is een mooi verhaal, maar helaas heb ik het nergens bevestigd gezien. Achter Vrouwe Justitia vinden we het tweede beeld van een vrouw op het plein, te wetten een zittende Vrede, hier in 1819 geplaatst.

Op een zuil aan de andere kant van het plein staat de gevleugelde Venetiaanse leeuw, het symbool van de heilige Marcus. Het beeld van de leeuw dateert van 1883, dus van ver na de Venetiaanse overheersing. Het is duidelijk dat de inwoners van Udine niet met wrok en rancune op deze periode terugkijken, want ook elders op het plein is de leeuw prominent aanwezig. We zien hem op de Torre dell’Orologio onder de klok en boven op de boog die toegang geeft tot het Castello. Die boog wordt overigens de Arco Bollani genoemd, naar de Venetiaanse gouverneur (luogotenente of luitenant) Domenico Bollani (1514-1579). De poort dateert van 1556 en wordt toegeschreven aan de beroemde architect Andrea Palladio (1508-1580). Ten slotte staan op het plein twee beelden van bebaarde en uiterst gespierde mannen. Het zijn Hercules en de reus Cacus, die elkaar ooit bestreden in een worstelwedstrijd op leven en dood. In Udine worden de beelden Florean en Venturin genoemd. Waarom dat zo is, is iedereen alweer vergeten.

Langs de weg naar het kasteel van Udine vinden we de Loggia del Lippomano. Deze overdekte zuilengang dateert van 1487 en is vernoemd naar de Venetiaanse gouverneur Tommaso Lippomano. Wie bij 37 graden en een felle zon de heuvel moet beklimmen, zal de gouverneur dankbaar zijn dat hij met zijn zuilengang wat broodnodige schaduw heeft geboden.

Loggia del Lippomano.

Uitzicht vanaf het Castello van Udine.

Meer lezen: Bradt Travel Guide, Friuli Venezia Giulia (2019), p. 132-141.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.