Septimius Severus: Het Jaar 196

Buste van Septimius Severus (Museo Nazionale Romano, Rome).

Na een beleg van bijna drie jaar slaagden de troepen van Severus er dit jaar in Byzantium in te nemen (waarschijnlijk aan het einde van de lente of het begin van de zomer). De stad was een bijzonder hard te kraken noot gebleken. De verdedigingswerken van de stad waren sterk, ze had hoge muren en allerhande soorten geschut waarmee de vijand op afstand gehouden kon worden. Tot het geschut behoorden werktuigen die stenen, houten balken en speren richting de tegenstander konden slingeren. Byzantium lag op een strategische plek aan de Bosporus en beheerste de toegang tot de Zwarte Zee. Tijdens het beleg was de binnenhaven – de Gouden Hoorn (Chrysokeras) – afgesloten met kettingen en werd deze verdedigd door een groot aantal torens op de golfbrekers. De stad zelf werd verdedigd door een vastberaden garnizoen en eveneens vastberaden burgers. Waarschijnlijk bevonden zich onder de verdedigers ook aanhangers van Niger die na hun nederlaag bij Cyzicus naar Byzantium waren gevlucht.

De enige manier om de stad te veroveren was door haar uit te hongeren, en dat was precies wat de strijdkrachten van Severus probeerden te doen. Uiteindelijk waren de voedselvoorraden in Byzantium uitgeput en ontstond er een grote hongersnood in de stad. De mensen gingen over tot het eten van geweekte dierenhuiden en er werd zelfs melding gemaakt van kannibalisme. Een deel van de bevolking deed een wanhoopspoging uit te breken met een vloot. Het doel was het platteland te plunderen om zo de voorraden weer aan te vullen. Op de weg terug naar Byzantium werden ze echter onderschept door een Romeinse vloot en vernietigend verslagen. De volgende dag waren de burgers van Byzantium die waren achtergebleven getuige van de totale vernietiging: de hele zee was bezaaid met lijken en stukken wrakhout, en veel van de dode lichamen spoelden aan de kust aan. De stad had nu geen andere keuze dan zich over te geven.

De troepen van Severus namen wraak op een prooi die hen bijna drie jaar lang uit handen was gebleven. De soldaten van het garnizoen en de magistraten van de stad werden geëxecuteerd. Byzantium zelf werd geplunderd en haar machtige stadsmuren werden geslecht. Severus nam de stad haar onafhankelijkheid af en gaf haar gebieden aan haar concurrent Perinthus. Niet lang daarna begon de keizer echter alweer aan de herbouw van de stad, die immers van groot strategisch belang was.

Oorlog dreigt in het Westen

Buste van Clodius Albinus (Capitolijnse Musea, Rome).

Severus realiseerde zich dat een gewelddadige confrontatie met Albinus niet meer te vermijden was. Hij verzamelde al zijn strijdkrachten bij Poetovium (het huidige Ptuj in Slovenië) en rukte op naar het westen. Zijn generaals kregen de opdracht de Alpenpassen te bezetten. Ondertussen probeerde Albinus nog altijd om steun te verwerven in de Gallische en Spaanse provincies, waarover hij als Caesar in naam het gezag had. Hij riep hun gouverneurs op hem van geld en voorraden te voorzien, maar een flink aantal weigerde daaraan mee te werken. De gouverneurs die dat wel deden, zouden hun eigen graf graven. Severus zou ze later zwaar straffen.

Mogelijk waren er dit jaar al wat inleidende schermutselingen tussen de troepen van Severus en die van Albinus. Dio noemt in dit verband de avonturen van een leraar genaamd Numerianus, die erin slaagde een kleine strijdmacht bijeen te brengen en daarmee een deel van Albinus’ ruiterij versloeg. Dit verhaal klinkt gewoon te mooi om waar te zijn. Wel is het mogelijk dat Virius Lupus, een generaal van Severus, dit jaar in Germania Inferior tegen de troepen van Albinus vocht en een nederlaag leed waarbij hij veel soldaten verloor. Het was echter geen beslissende nederlaag; de laatste veldslag van de oorlog zou het volgende jaar worden uitgevochten bij Lugdunum (het huidige Lyon in Frankrijk). Het lijkt er bovendien op dat de legatus legionis Claudius Gallus met zijn Legio XXII Primigenia bij het huidige Trier wel een overwinning op troepen van Albinus behaalde.

Romeinse brug (Römerbrücke) bij Trier.

Bronnen

Primaire bronnen

Secundaire bronnen

  • Timothy Venning, A Chronology of the Roman Empire, p. 566-567.

Bijgewerkt 29 december 2022.

4 Comments:

  1. Pingback:Septimius Severus: Het Jaar 197 – – Corvinus –

  2. Pingback:Constantijn de Grote: De Jaren 313-315 – – Corvinus –

  3. Pingback:Constantijn de Grote: De Jaren 327-335 – – Corvinus –

  4. Pingback:Constantijn de Grote: De Jaren 324-325 – – Corvinus –

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.