Ancona: De Duomo

Duomo van Ancona.

De kathedraal van Ancona kende ik alleen maar van een prachtig fresco van Pinturicchio in de Libreria Piccolomini in Siena. Het fresco toont ons hoe Paus Pius II (1458-1464) in de stad arriveert om de leiding van een kruistocht tegen de Turken op zich te nemen. Op de achtergrond is, hoog op de Colle Guasco, de Duomo goed te zien, al lijkt het gebouw dat Pinturicchio schilderde niet erg op de echte kathedraal. De kruistocht van Pius was feitelijk al mislukt voordat hij van start ging. Slechts weinig manschappen en nog minder schepen hadden zich in Ancona gemeld, en de reeds doodzieke paus overleed op 14 augustus 1464. Zijn hart werd in de plaatselijke kathedraal begraven en zou zich daar nog steeds moeten bevinden, ook al werd zijn lichaam naar Rome overgebracht en kunnen we zijn graftombe tegenwoordig bewonderen in de kerk van Sant’Andrea della Valle in de Eeuwige Stad. Door het fresco van Pinturicchio wilde ik de kathedraal van Ancona wel eens in het echt zien, en in de zomer van 2024 was het zover. De klim naar de top van de Colle Guasco was door de hoge temperatuur (38 graden) behoorlijk zwaar, maar we kregen er veel voor terug. De Duomo is een interessant gebouw en het uitzicht vanaf de heuvel is geweldig.

Van tempel naar kerk

In de Oudheid lag op de heuvel de akropolis van Ankon (Ἀγκών), een Griekse stad die omstreeks het jaar 387 BCE was gesticht door kolonisten uit Syracuse op Sicilië. Zij bouwden op de heuvel een tempel voor de godin Aphrodite, die in de Romeinse tijd Venus werd genoemd. Het is heel goed mogelijk dat zij de bijnaam Euplea (Εὔπλοια) had, “van de goede vaart”, en gold als beschermgodin voor zeelieden. De haven van Ancona was ook in die tijd al van groot belang. De precieze datering en vormgeving van de tempel zijn nog onderwerp van discussie, maar in het Museo Archeologico Nazionale delle Marche in de stad vindt men een fraai schaalmodel van hoe de tempel eruit gezien kan hebben. De aanwezigheid van restanten van de tempel onder de huidige Duomo werd bewezen door opgravingen in 1932 en 1948. Deze restanten zijn ook te zien als men in de crypte onder het rechter dwarsschip afdaalt. Ongetwijfeld is het ook mogelijk om het archeologische gedeelte onder begeleiding van een gids nader te bekijken, maar kennelijk niet op de dag dat wij Ancona bezochten.

De Duomo met de vrijstaande klokkentoren.

Uitzicht over Ancona.

Schaalmodel van de tempel van Venus.

In de vijfde of zesde eeuw werd over de tempel een christelijke kerk heen gebouwd. Mogelijk gebeurde dit na de Gotische oorlog (535-554). De kerk werd gewijd aan de in Italië zeer populaire Sint Laurentius, bekend vanwege zijn gruwelijke marteldood – naar verluidt op een ijzeren rooster – in het jaar 258. Hoewel ongetwijfeld belangrijk, was deze San Lorenzo niet de kathedraal van Ancona. Dat was de Santo Stefano, gewijd aan de eerste martelaar van het nieuwe christelijke geloof. In de Santo Stefano werd een steen bewaard die bij de executie van Sint Stefanus zou zijn gebruikt. Hoewel er nog wel enige discussie over de locatie van de oorspronkelijke kathedraal is, nemen diverse geleerden aan dat deze zich bevond op de plek waar nu de kerk van Santa Maria della Piazza staat. Volgens een informatiebord in de Duomo is dit door studi approfonditi (diepgravende onderzoeken) wel aangetoond. Inderdaad bevinden zich in de crypte van de Santa Maria della Piazza interessante mozaïeken uit de vierde tot en met de zesde eeuw, die de hypothese dat hier de eerste kathedraal van Ancona heeft gestaan heel aannemelijk maken.

Van kerk naar kathedraal

De kerk van San Lorenzo werd vermoedelijk herbouwd na een aardbeving en een Arabische aanval op Ancona in de negende eeuw. Aan het einde van de tiende of het begin van de elfde eeuw werd de San Lorenzo als nieuwe kathedraal van de stad aangewezen. Aangezien in 1999 en 2000 de duizendste verjaardag van de kathedraal werd gevierd, worden kennelijk de jaren 999 en 1000 als de ‘geboortejaren’ aangehouden. De San Lorenzo werd bij gelegenheid van de wijding tot kathedraal vergroot en deze verbouwing werd pas in 1017 afgerond, zodat de festiviteiten ook in 2017 gepland hadden kunnen worden. In 1017 werden tevens de relikwieën van de beschermheiligen van Ancona in de nieuwe kathedraal ondergebracht. De belangrijkste onder deze heiligen was Sint Cyriacus. Volgens de overlevering was hij een Jood die oorspronkelijk Judas heette en wist waar het kruis was begraven waaraan Jezus Christus was gestorven. Toen Helena, de moeder van keizer Constantijn, in 326-327 het Heilige Land bezocht, weigerde hij aanvankelijk de locatie van het Ware Kruis te onthullen. Daarop werd hij zonder eten en drinken in een put gegooid. Dit bleek effectief, want Judas gaf alsnog de gewenste informatie prijs, waarop het Ware Kruis werd gevonden. Onder de indruk van het gebeuren bekeerde Judas zich tot het christendom en nam de naam Cyriacus (“van de Heer”) aan.

Colle Guasco met de Duomo.

Uitzicht achter de Duomo.

Is dit verhaal al niet erg geloofwaardig, het wordt er niet beter op als we lezen dat Cyriacus zowel bisschop van Ancona als van Jeruzalem is geweest. Dat is allemaal uiterst onwaarschijnlijk, net als zijn vermeende marteldood onder keizer Julianus de Apostaat (361-363), de laatste heidense keizer van het Romeinse Rijk. Julianus had weliswaar een hekel aan christenen, maar was slim genoeg om ze niet te vervolgen. De ongeloofwaardigheid van het verhaal van Sint Cyriacus had overigens geen enkele invloed op diens populariteit in Ancona. Ergens in de dertiende of veertiende eeuw was die populariteit dusdanig groot geworden dat de kathedraal van San Lorenzo formeel aan San Cyriaco werd herwijd. In de eeuwen daarvoor was de Duomo al grondig verbouwd. Onder leiding van ene magister Philippus was de oorspronkelijke kathedraal aan het einde van de twaalfde en het begin van de dertiende eeuw omgevormd tot het dwarsschip van een grotere kathedraal. De Duomo had nu de vorm van een Grieks kruis gekregen, met de ingang in het zuidwesten in plaats van het zuidoosten. Bijzonder was dat het gebouw werd voorzien van een koepel, een typisch Byzantijns element op een verder overwegend Romaanse kerk.

Portaal en portiek (protiro).

Sober interieur van de Duomo.

De vernieuwde Duomo kreeg een prachtig gebeeldhouwd portaal dat wordt toegeschreven aan Giorgio da Como (foto hierboven). Voor de kathedraal werd een portiek of protiro geplaatst, die het werk zou zijn van Margaritone d’Arezzo (ca. 1240-1290). Ik kende Margaritone eigenlijk alleen als schilder, maar kennelijk was hij ook als architect actief. Soms wordt ook de koepel van de kathedraal aan hem toegeschreven, maar die toeschrijving is nogal omstreden. Opvallend is dat de klokkentoren van de Duomo vrijstaand is. Oorspronkelijk was het gevaarte een verdedigingstoren op de heuvel, die vermoedelijk begin veertiende eeuw tot klokkentoren werd omgebouwd. Dit verklaart ook waarom de toren niet mooi op één lijn staat met de kathedraal, maar enigszins scheef. De Duomo heeft niet helemaal de vorm van een Grieks kruis behouden: in de veertiende of vijftiende eeuw werd aan de noordoostzijde een koor toegevoegd.

In de achttiende en negentiende eeuw werd de kathedraal door drie verschillende architecten verbouwd. De eerste was Luigi Vanvitelli (1700-1773), die onder meer in het linker dwarsschip de aedicula plaatste waarin de miraculeuze Madonna del Duomo wordt bewaard. Vervolgens ging de lokale – en joodse – architect Niccolò Matas (1798-1872) aan het werk. Tot zijn bijdragen behoort het opnieuw met groen koper bekleden van de koepel van het gebouw. De laatste architect was Giuseppe Sacconi (1854-1905), die de kathedraal haar middeleeuwse uiterlijk teruggaf. Helaas liep de kathedraal flinke schade op tijdens de beide wereldoorlogen, in 1915 als gevolg van een Oostenrijks bombardement vanaf zee en in 1943 door een geallieerd bombardement vanuit de lucht. Hierdoor ging waardevolle kunst verloren, onder meer (in 1915) een fresco van Piero della Francesca (ca. 1415-1492), die in Arezzo al eens de Kruisvinding had vereeuwigd, met daarbij aandacht voor Judas/Cyriacus. Een ander werk dat verloren ging (in 1943) was een schilderij met het martelaarschap van Sint Laurentius, een werk van de lokale schilder Francesco Podesti (1800-1895). In de kathedraal hangt thans een kopie. De beruchte aardbeving van 1972 richtte gelukkig niet veel schade aan, maar zorgde er wel voor dat de Duomo tot 1977 gesloten bleef voor het publiek.

Bezienswaardigheden

Het exterieur van de Duomo is eigenlijk veel interessanter dan het interieur. Zowel het portaal van Giorgio da Como als de portiek van Margaritone d’Arezzo zijn bijzonder mooi. De Gotische bogen van het portaal zijn voorzien van verfijnd beeldhouwwerk, waarin we zowel menselijke als dierlijke figuren herkennen. Onder de dieren zijn ook fantasiedieren, waarbij de eenhoorn gewapend met een bijl (?) en een schild toch wel heel bijzonder is. De meest opvallende elementen van de portiek van Margaritone zijn natuurlijk de twee leeuwen van rood Veronamarmer. Vergeet niet de apsis van het linker dwarsschip te bekijken, die is versierd met diverse dierenkoppen. Naast tamelijk gebruikelijke dieren als rammen, telde ik hier ook een aantal olifantskoppen. Dat dier genoot kennelijk enige populariteit in Ancona, want ik kwam de olifant ook al bij de kerk van Santa Maria della Piazza tegen.

Cripta dei Santi Protettori.

Het interieur van de Duomo is heel sober (zie de foto hierboven). Wie met de klok mee het gebouw verkent, komt eerst in het linker dwarsschip in de verhoogde Cappella della Madonna, te bereiken via een trap. Hier bevindt zich de Madonna del Duomo, die in 1796 haar ogen zou hebben geopend en zou hebben gelachen. Door haar interventie zouden de Fransen van Napoleon hebben afgezien van plundering van de kathedraal. Onder de kapel bevindt zich de Cripta dei Santi Protettori, waar het lichaam van Sint Cyriacus wordt bewaard. Boven de deur naar de sacristie komen we Cyriacus opnieuw tegen, ditmaal op een schilderij van de tamelijk onbekende Luca d’Ancona (zie de foto hierboven). Het schilderij stelt de Madonna met het Kind voor, met links Sint Cyriacus (als Quiriacus) en rechts Sint Primianus, beiden gekleed als bisschop. Ook Primianus zou een bisschop van Ancona zijn geweest, al staat zijn historiciteit niet vast. Het schilderij van Luca d’Ancona dateert van 1520; het jaartal staat op het werk zelf vermeld. Het is een van de weinige schilderijen in de Duomo.

In het rechter dwarsschip bevindt zich de Cappella del Crocifisso, die wederom te bereiken is via een trap. De kapel heeft een balustrade die bestaat uit plutei die van 1189 zouden dateren en worden toegeschreven aan magister Leonardus. Bij het vervaardigen van de plutei is gebruikgemaakt van de sgraffito-techniek. Met beitels en boren worden tekeningen in marmer gemaakt, die vervolgens worden opgevuld met zwart pleisterwerk. Van links naar rechts zien we op de linker pluteus koning David, de Maagd Maria, de aartsengel Gabriel, Johannes de Evangelist, de profeten Jeremia en Habakuk, en ten slotte Sint Cyriacus. De rechter pluteus heeft voorstellingen van dieren. We zien feniksen, adelaars, pauwen en griffioenen.

Pluteus van magister Leonardus.

Onder de kapel bevindt zich de Cripta delle Lacrime (Crypte van de Tranen), waar enkele bisschoppen van Ancona werden begraven. Ik trof in de crypte ook de zogenaamde ‘pluteus van Lambertus’ aan, vernoemd naar de man die in het midden van de twaalfde eeuw bisschop van de stad was. Deze pluteus komt oorspronkelijk uit het linker dwarsschip. Afgebeeld zijn een bisschop – vermoedelijk Cyriacus – en een tweede figuur met een turibulum of wierookvat. Hij wordt aangeduid als Stephanos. Opvallend is dat, hoewel het Latijnse alfabet gebruikt wordt, de naam in zijn Griekse vorm wordt weergegeven. Middeleeuws Ancona behield haar Griekse roots.

Pluteus van Lambertus.

Bronnen: Bradt travel guide Umbria & the Marche (2021), p. 225, San Ciriaco: the Cathedral with a breathtaking view | Ancona Tourism en Duomo di Ancona – Wikipedia

One Comment:

  1. Pingback:Ancona: de Boog van Trajanus – – Corvinus –

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.