Het is duidelijk dat de kerk van San Francesco aan het gelijknamige plein in Prato is ingesteld op buitenlandse toeristen: de meeste informatieborden in het gebouw zijn zowel in het Italiaans als het Engels. De kerk beschikt verder over een mooie en overzichtelijke website, waar veel over de geschiedenis van de kerk wordt verteld. De San Francesco staat in een van de oudste delen van stad. De geschiedenis van de kerk gaat dan ook terug tot het begin van de dertiende eeuw. Volgens de overlevering bezocht Franciscus van Assisi in het jaar 1212 Prato om de Sacra Cintola, de Heilige Gordel van de Maagd, in de Duomo van de stad te zien. Vanaf dat moment waren er Franciscanen in de stad actief, die waarschijnlijk gebruikmaakten van een kleine bestaande kerk. Franciscus stierf in oktober 1226. Minder dan twee jaar later, op 16 juli 1228, werd hij al door Paus Gregorius IX (1227-1241) heilig verklaard. En slechts acht dagen na de heiligverklaring, kort nadat het nieuws uit Rome Prato zal hebben bereikt, schonk het bestuur van de Toscaanse stad een stuk land aan de Franciscanen. Daar konden ze een grotere kerk en een klooster bouwen.
Geschiedenis van de huidige kerk
De kleine kerk van de Franciscanen in Prato zou al in 1228 aan Franciscus van Assisi gewijd zijn geweest. Daarmee is deze kerk een van de oudste aan Franciscus gewijd kerken ter wereld, zo wordt althans op de website van de San Francesco beweerd. In elk geval duurde het nog wel even voordat de bouw van de huidige kerk begon, want daarvoor werd pas in 1280 de eerste steen gelegd. In 1281 stelde het stadsbestuur extra financiële middelen beschikbaar, en mede daardoor kon drie jaar later de eerste mis in het gebouw worden gehouden. Kortom, omstreeks 1284 moet de kerk van San Francesco nagenoeg voltooid zijn geweest. De kerk was het eerste gebouw in Prato dat vrijwel geheel in baksteen was uitgevoerd. Vanaf het Castello dell’Imperatore achter de kerk hebt u een mooi uitzicht op het gebouw. U ziet dan ook nog een stukje van de oude stadsmuur (twaalfde eeuw) en tevens de klokkentoren van de San Francesco, die nogal uit de toon valt bij de rest van de kerk. De bouw ervan begon in 1798 en de architect heette Angelo of Antonio Benini, afhankelijk van welke bron men raadpleegt. Dat er kennelijk geen eensgezindheid over zijn voornaam bestaat, geeft wel aan dat we niet bepaald met een grootheid te maken hebben.
Toen de kerk in 1284 in gebruik werd genomen, was de kenmerkende Romaans-Gotische gevel ervan nog lang niet klaar. Sterker nog, dat zou nog meer dan twee eeuwen duren. Pas rond 1490 zorgde de architect Giuliano da Sangallo (1445-1516) voor het grote roosvenster. Hij was ook verantwoordelijk voor het driehoekige fronton waarin we de tekst DEVS SVP[ER] OMNIA lezen, ‘God boven alles’. Het fronton heeft een oculus waarin een reliëf is bevestigd van de hand van Andrea della Robbia (1435-1525). Het stelt Franciscus voor die de stigmata ontvangt, een gebeurtenis die in 1224 zou hebben plaatsgevonden. Het reliëf werd omstreeks 1490 gemaakt en het stucwerk was ooit beschilderd. Alle verf lijkt echter verdwenen te zijn. Mogelijk was de voltooiing van de gevel aanleiding om het gebouw officieel te wijden, want dat gebeurde pas op 15 januari 1508. Prato had destijds zelf geen bisschop – die kreeg de stad pas in 1954 – dus de plechtigheid werd geleid door de bisschop van L’Aquila in de Abruzzen. Deze Giovanni da Prato (gestorven in 1515) was overigens, zoals zijn naam ook aangeeft, uit Prato zelf afkomstig. Tevens was hij een Franciscaan.
Bezienswaardigheden
De gevel van de kerk is fraai, maar helaas stond het gebouw in de steigers toen wij Prato in augustus 2020 bezochten. De gevel is gemaakt van afwisselend groen marmer en pietra alberese. Het bijzondere aan deze laatste steensoort is dat ze na verloop van tijd van kleur kan verschieten. Als pietra alberese uit de groeve komt, is de steen wit, maar door een natuurlijk proces kan ze bruin worden. Bij de gevel van de San Francesco is dit ook gebeurd en het levert een opmerkelijk kleurenspel op. Lelijk is het allerminst, het is juist typerend voor Prato.
Als we de kerk binnengaan, betreden we een smalle en nogal lege ruimte. Tussen 1902 en 1904 werd een poging gedaan het gebouw en het naastgelegen klooster hun oorspronkelijke, middeleeuwse uiterlijk terug te geven. Dit is het resultaat. Aan de wanden hangen twee altaarstukken in pseudo-middeleeuwse stijl uit 1905. Ze zijn van de lokale schilder Giuseppe Catani Chiti (1866-1945), en hoewel de schilderijen zeker niet slecht zijn, zou ik ze ook weer niet tot de hoogtepunten van de kerk willen rekenen. Qua schilderwerk is een curieus icoon uit de vijftiende eeuw bijvoorbeeld veel interessanter. Op het icoon zien we de letters IHS, een verwijzing naar de eerste drie letters van de naam van Jezus in het Grieks: Jota, Èta, Sigma. De Franciscaanse prediker Sint Bernardinus van Siena (1380-1444) was bijzonder toegewijd aan de naam van Jezus. In 1424 schonk hij het icoon aan de kerk toen hij ter gelegenheid van de Vastentijd Prato bezocht en er preekte. Het icoon wordt toegeschreven aan de schilder Bicci di Lorenzo (1373-1452). Bijzonder is dat de letter H tevens dient als kruis waaraan Christus is vastgenageld. De tekst langs de randen komt uit Filippenzen 2:10.[1]
Verder heeft de kerk verschillende mooie beeldhouwwerken. Ik wijs allereerst op een halfronde kansel aan de rechtermuur uit ca. 1490-1510. De maker ervan is niet bekend, maar hij werkte in de stijl van Benedetto da Maiano. Op de kansel zien we weer de letters IHS. Bijzonder is ook het grafmonument voor Geminiano Inghirami (1370-1460), de proost van Santo Stefano (i.e. de Duomo). In die hoedanigheid wist hij grote kunstenaars als Michelozzo, Donatello en Filippo Lippi naar Prato te lokken. Toen hij stierf, was hij bijna negentig jaar oud. De beeldhouwer Pasquino da Montepulciano (ca. 1425-1485) maakte een prachtige graftombe voor hem. Het toont ons de overledene op zijn doodsbed, de Bijbel tegen de borst geklemd. De rijke versieringen van het kussen en de dekens zijn zeer indrukwekkend. Het monument bevond zich oorspronkelijk in het klooster, maar werd in 1941 naar de linkerzijde van de kerk verplaatst. In het klooster was het omringd door fresco’s van de al genoemde Filippo Lippi (ca. 1406-1469). Die zijn helaas verdwenen, maar we weten dat het ging om vier lunetten waarop de Madonna met het Kind, Sint Franciscus met de stigmata en de heiligen Hiëronymus, Stefanus en Laurentius te zien waren.
Vlak voor de trappen naar het hoogaltaar stuiten we op de grafsteen van een van de beroemdste inwoners van Prato: Francesco di Marco Datini (1335-1410). Als koopman runde hij een handelshuis met vestigingen in Avignon, Florence, Pisa, Genua, Barcelona, Valencia en Palma de Mallorca. Uit zijn administratie zijn honderden kasboeken en 150.000 zakelijke brieven bewaard gebleven. Gelet op zijn voornaam was het logisch dat hij na zijn dood, op 16 augustus 1410, in de kerk van San Francesco begraven zou worden. De koopman liet zijn gehele fortuin met een waarde van zo’n 100.000 florijnen na aan een liefdadigheidsinstelling genaamd Ceppo dei poveri di Francesco di Marco (armenkas van Francesco di Marco). Ook de kerk heeft daar flink van geprofiteerd.[2] De fraaie grafsteen is het werk van Niccolò di Piero Lamberti (ca. 1370-1451). Datini kreeg verder een standbeeld op de Piazza del Comune en was het onderwerp van het boek The Merchant of Prato dat de van oorsprong de Engelse schrijfster Iris Origo (1902-1988) in 1957 publiceerde.
Cappella Migliorati
Spijtig genoeg was er geen gelegenheid de Cappella Migliorati te bezoeken. Dit is een kapel die begin veertiende eeuw werd gebouwd. De ingang ervan bevindt zich in de kloostergang ten zuiden van de kerk, maar deze was vanwege de COVID-19-pandemie gesloten. We konden dus helaas niet genieten van de prachtige fresco’s die Niccolò di Pietro Gerini uit Florence eind veertiende eeuw schilderde (ca. 1395-1400). De fresco’s tonen naast een grote Kruisiging onder meer voorstellingen uit de levens van de evangelist Mattheus en de heilige Antonius van Egypte. Wikimedia Commons heeft een mooie verzameling foto’s van het schilderwerk en de kapel is ook met Google Street View te bekijken. Wie Street View gebruikt, begrijpt ook meteen waarom de website van de stad Prato ten aanzien van de klokkentoren van de San Francesco opmerkt dat die “infelicemente fondata sulla Cappella Migliorati” is. De basis van de toren neemt letterlijk een hap uit de kapel, waardoor een deel van de fresco’s verloren is gegaan.
Bronnen: Città di Prato, de website van de San Francesco en de informatieborden in de kerk.
Noten
[1] “Opdat in de naam van Jezus elke knie zich zal buigen, in de hemel, op de aarde en onder de aarde.” (NBV)
[2] Al bij leven schonk Datini het mooie crucifix dat op het hoogaltaar staat aan de kerk.
Pingback:Prato: De Duomo – – Corvinus –
Pingback:Prato: San Domenico – – Corvinus –
Pingback:Prato: Museo dell’Opera del Duomo – – Corvinus –
Pingback:Prato: Castello dell’Imperatore – – Corvinus –
Pingback:Prato: Santa Maria delle Carceri – – Corvinus –
Pingback:Prato: Palazzo Pretorio – – Corvinus –