Brescia: De Duomo Nuovo

De Duomo Nuovo.

Al sinds de vijfde of zesde eeuw stond op de plek van de huidige Duomo Nuovo de zomerkathedraal van San Pietro. Daarnaast stond de winterkathedraal van Santa Maria Maggiore, die in de elfde en twaalfde eeuw werd vervangen door de Duomo Vecchio, ook wel La Rotonda genoemd. De kathedraal van San Pietro verkeerde in zulke slechte staat dat in 1599 tot de sloop besloten werd. Het gebouw ging vanaf 1603 tegen de vlakte en werd tussen 1604 en 1825 vervangen door de Duomo Nuovo, waarvan de officiële naam de zomerkathedraal van Santa Maria Assunta is. Een bouwtijd van 220 jaar suggereert een moeizaam proces, en dat blijkt bij bestudering van de geschiedenis aardig te kloppen.

Geschiedenis

De eerste steen van de nieuwe kathedraal werd in 1604 gelegd. De architecten waren Giovanni Battista Lantana (1573-1627) en Pier Maria Bagnadore (1550-1627). De mannen, die elkaars rivalen waren, waren het onder meer oneens over de vorm die het nieuwe gebouw moest hebben: een Grieks kruis of een Latijns kruis? Lantana, die altijd voorstander van een Grieks kruis was geweest, stapte uiteindelijk op. Bagnadore, die juist altijd een Latijns kruis had gewild, veranderde toen plotseling van mening. Als gevolg van zijn plotselinge, opportunistische keuze voor een Grieks kruis viel hij in ongenade bij bisschop Marino Zorzi (1596-1631), die hem in 1611 ontsloeg. Als nieuwe architect werd de Milanees Lorenzo Binago (1554-1629) aangesteld. Die werkte bij het project samen met de uit Brescia zelf afkomstige Antonio Comino (gestorven 1644). Nu kon er weer gewerkt worden. De dood van Binago in 1629 en de pestepidemie in Brescia in het jaar daarop legden het werk echter weer grotendeels stil.

Interieur van de Duomo Nuovo.

Pas tegen het einde van de zeventiende eeuw werd er weer serieus aan de Duomo Nuovo gebouwd. Het werk kreeg in de achttiende eeuw een impuls onder bisschop Angelo Maria Querini (1727-1755). Terecht werd zijn buste, een werk van Antonio Calegari (1699-1777), toegevoegd aan de gevel van de nieuwe kathedraal. Men vindt het borstbeeld boven de hoofdingang. Giovanni Antonio Biasio (1677-1754) trad vanaf enig moment af hoofdarchitect van de kathedraal op en hield zich onder meer bezig met het ontwerp van de genoemde gevel. Dit ontwerp onderging in de loop der tijd als gevolg van veranderende architecturale smaken diverse wijzigingen. Biasio was uiteindelijk alleen verantwoordelijk voor het onderste gedeelte; het bovenste gedeelte werd gebouwd door Giovanni Battista Marchetti (1686-1758). In 1825 kwam de koepel gereed, het pronkstuk van de Duomo Nuovo waarvan de bouw in 1815 was begonnen. De koepel is ruim 80 meter hoog, volgens één bron zelfs 82 meter. De koepel is een ontwerp van Luigi Cagnola (1762-1833) en werd gebouwd door Rodolfo Vantini (1792-1856).

Met de voltooiing van de koepel was de kathedraal eindelijk af. Toch werd het gebouw pas in 1914 officieel gewijd door Giacinto Gaggia, de toenmalige bisschop van Brescia (1913-1933). Tijdens de Tweede Wereldoorlog liep de kathedraal flinke schade op als gevolg van een Geallieerd bombardement op 13 juli 1944. Gelukkig kon deze schade hersteld worden. Het mooiste uitzicht op de Duomo Nuovo hebt u vanaf de heuvel waarop het Castello van Brescia staat, de Colle Cidneo. Vooral de imposante koepel is dan goed zichtbaar.

De Duomo Nuovo, gezien vanuit de verte.

Arca di Sant’Apollonio.

De Duomo Nuvo verkennen

De indrukwekkende gevel is een combinatie van Barok en Neoclassicisme, uitgevoerd in Marmo Botticino, wit marmer vernoemd naar het plaatsje Botticino ten oosten van Brescia. De gevel is rijk versierd met Korinthische zuilen, en het driehoekige fronton wordt bekroond met beelden van de Tenhemelopneming en de apostelen Petrus, Paulus, Jakobus en Johannes. De beelden zijn eind achttiende eeuw gemaakt door diverse kunstenaars. Eenmaal binnen kunnen we constateren dat de Duomo Nuovo inderdaad is gebouwd in de vorm van een Grieks kruis, met in dit geval een diep koor. Boven het hoogaltaar hangt een doek van de schilder Giacomo Zoboli (1681-1767) met als thema de Tenhemelopneming. Zowel binnen als buiten wordt dus duidelijk gemaakt dat dit de kathedraal van Santa Maria Assunta is.

De Duomo Nuovo heeft acht kapellen, al kunnen we wellicht beter van nissen spreken. Ik noem kort enkele hoogtepunten die we daar aantreffen. In de rechterarm van het Griekse kruis vinden we de Kapel van het Allerheiligste Sacrament, met daarin een Neoclassicistisch altaar van de al genoemde Rodolfo Vantini. Het altaarstuk is van de schilder Il Moretto (Alessandro Bonvicino; ca. 1498-1554/1564). Even verderop treffen we de zogenaamde Boog van Sint Apollonius (Arca di Sant’Apollonio) aan. Dit fraaie werk, geplaatst tussen geschilderde zuilen, dateert van begin zestiende eeuw (1508-1510) en werd gemaakt door de beeldhouwer Gasparo Cairano, van wie geen geboorte- en sterfjaar bekend zijn. De Boog diende als waardige laatste rustplaats voor de overblijfselen van Sint Apollonius, die in de vierde eeuw bisschop van Brescia was. Na de sloop van de zomerkathedraal van San Pietro verhuisde de Boog tijdelijk naar de naastgelegen Duomo Vecchio, om later weer min of meer op de oude plek terug te keren. Curieus is de reliekhouder die vóór de Boog staat: hierin zou een arm van Sint Benedictus van Nursia (ca. 480-547) liggen.

Monument voor Paus Paulus VI.

Aan de andere kant van de kathedraal, aan het einde van de linker zijbeuk, vinden we een kapel met het graf van de al genoemde zeventiende-eeuwse bisschop Marino Zorzi. Hij speelt ook een rol op het altaarstuk in de kapel, een werk van de Venetiaan Jacopo Palma Il Giovane (ca. 1548-1628). Een afbeelding van de kapel vindt men hier.

In de kapel in de linkerarm van het Griekse kruis hangen enkele orgelluiken, afkomstig uit de Duomo Vecchio en beschilderd door Romanino (Girolamo Romani; ca. 1484-1566). Deze hangen hoog aan de muur en vallen nauwelijks op. Dat komt ook door het in het oog springende beeld van Paus Paulus VI (1963-1978) dat eronder staat. Deze paus werd in 1897 geboren als Giovanni Battista Montini. Zijn geboorteplaats was Concesio, een plaatsje net ten noorden van Brescia.[1] In 1920 werd hij tot priester gewijd en hield hij zijn eerste mis in het heiligdom naast de kerk van Santa Maria delle Grazie in Brescia. Als paus zette hij het door zijn voorganger Johannes XXIII bijeengeroepen Tweede Vaticaans Concilie voort, met als doel de Rooms-Katholieke Kerk te moderniseren. Paus Paulus VI overleed in 1978 en werd in 2014 zalig verklaard. In 2018 volgde zijn heiligverklaring. Het plein voor de beide kathedralen van Brescia is naar hem de Piazza Paolo VI genoemd. Het beeld in de Duomo Nuovo is een werk uit 1984 van Raffaele “Lello” Scorzelli (1921-1997). Scorzelli had ook de door deze paus gebruikte zilveren bisschopsstaf gemaakt. Het beeld van de paus is voorzien van een kopie van deze staf.

Bronnen

Noot

[1] Voor de liefhebbers: de voetballer Mario Balotelli is in Concesio opgegroeid.

4 Comments:

  1. Pingback:Brescia: De Duomo Vecchio – – Corvinus –

  2. Pingback:Brescia: Santa Maria della Carità – – Corvinus –

  3. Pingback:Brescia: San Pietro in Oliveto – – Corvinus –

  4. Pingback:Brescia: Santissimo Corpo di Cristo – – Corvinus –

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.