Rome: Santa Maria in Domnica

Santa Maria in Domnica.

De Santa Maria in Domnica, soms ook wel de Santa Maria alla Navicella genoemd, staat op de top van de Caeliusheuvel (Celio in het Italiaans). De kerk is oud, zeer oud, maar haar vroegste geschiedenis wordt omgeven door mysterie. De Santa Maria werd gebouwd op de ruïnes van de kazerne van het Vijfde Cohort van de Vigiles. Deze vigiles dienden als een paramilitaire stadswacht. Ze waren verantwoordelijk voor het patrouilleren in de straten van Rome en voor het blussen van branden. We weten niet wanneer de kazerne werd opgegeven, maar het is zeker dat tegen de tijd dat de in Rome geboren Pascale Massimi in 817 tot Paus Paschalis I werd gekozen er een christelijke kerk op deze plek stond.

Het is eveneens duidelijk dat deze kerk toen in slechte staat verkeerde en hard aan restauratie toe was. Paschalis, die tijdens zijn pontificaat (817-824) ook de kerken van Santa Cecilia in Trastevere en Santa Prassede liet restaureren, herbouwde de Santa Maria in Domnica en liet zijn monogram en beeltenis achter op het prachtige apsismozaïek van de kerk. We zullen zo bij dit mozaïek stilstaan. Paschalis was paus tijdens de zogenaamde Karolingische Renaissance. In deze tijd had Rome gebroken met Constantinopel, dat het iconoclasme had gesteund en er niet in was geslaagd Italië te beschermen tegen invallen van de Longobarden. Rome kwam weer tot bloei onder de bescherming die werd geboden door de afstammelingen van Karel de Grote. Echter, zo’n twintig jaar na Paschalis’ dood waren de kleinzoons van Karel in een onderlinge strijd verwikkeld en werd Rome zelf aangevallen door Arabische plunderaars.

Medische bijstand

Het schip van de basiliek.

In 1513 besloot de kardinaal-priester van de Santa Maria in Domnica zijn kerk te laten renoveren. Zijn naam was Giovanni de’ Medici, en later dat jaar werd hij tot paus gekozen. Als Paus Leo X (1513-1521) is hij de geschiedenis ingegaan. Deze paus huurde de architect Andrea Sansovino in, die verantwoordelijk was voor de portiek van de kerk en haar eerste houten plafond. Een beeldhouwwerk van een kleine boot werd in de portiek geplaatst. In de twintigste eeuw werd dit werk weer verplaatst. Het bootje is nu onderdeel van een fontein die voor de kerk staat.

Navicella is het Italiaanse woord voor “kleine boot”, en dit verklaart de alternatieve naam waaronder de kerk bekend staat. In de Oudheid vierden zeelieden traditioneel het navigium Isidis, een religieus festival ter ere van de godin Isis aan het begin van het vaarseizoen. In de havens van het Romeinse Rijk werd een bootje ritueel gereinigd en vervolgens gevuld met votiefgaven. Een priester liet het bootje te water en de wind blies het dan naar zee. Er is lang gedacht dat de navicella van de Santa Maria een antieke votiefgave was, maar het staat nu vast dat het is gemaakt in de zestiende eeuw.

Interieur: het plafond

Tussen 1565 en 1585 liet kardinaal Ferdinando de’ Medici, die in 1587 Groothertog van Toscane zou worden, Sansovino’s plafond vervangen door het plafond dat we ook vandaag de dag nog kunnen bewonderen. Het cassetteplafond toont in het centrale paneel het wapen van de familie de’ Medici. De andere twee grote panelen tonen de Ark van Noach en de ‘Bark van Petrus’. Dat laatste is een symbolische representatie van de Rooms-Katholieke Kerk als schip, met de Paus – opvolger van Petrus – aan het roer. De kerk op de hier afgebeelde bark lijkt op een klassieke ronde tempel, maar zou ook kunnen verwijzen naar de koepel van de Sint Pieter, die bijna klaar was toen het plafond werd gemaakt. Het gebouw lijkt ook wel enigszins op de Santo Stefano Rotondo, de ronde kerk uit de vijfde eeuw aan de overkant van de straat. Door de open deur kunnen we het heilig sacrament zien. Tevens lezen we de tekst DOMINVS FIRMAMENTVM, afkomstig uit Psalm 17:3 van de Vulgaat. De volledige tekst luidt:

“Dominus firmamentum meum et refugium meum et liberator meus Deus meus adiutor meus et sperabo in eum protector meus et cornu salutis meae et susceptor meus.”

Het houten plafond, met de Bark van Petrus in het midden.

In de Nieuwe Bijbelvertaling wordt dat vertaald als: “Heer, mijn rots, mijn vesting, mijn bevrijder, God, mijn steenrots, bij u kan ik schuilen, mijn schild, kracht die mij redt, mijn burcht.”

(Overigens nummeren de protestanten de Psalmen anders dan de katholieken; in de protestantse traditie zitten we in Psalm 18)

Nu het woord Dominus gevallen is: het Latijnse woord Dominus betekent “Heer” of “Meester”, dus het bijvoeglijk naamwoord Dominicus betekent “van de Heer” of “van de Meester”. De vrouwelijke vorm is Dominica, en het is deze vorm die verkort werd tot Domnica en onderdeel van de naam van de kerk werd. De naam Santa Maria in Domnica werd voor het eerst vermeld in 799. De precieze oorsprong van de naam is nogal duister. Er worden verschillende verklaringen voor gegeven, variërend van een verwijzing naar een Grieks-Romeinse weduwe genaamd Cyriaca (Dominica in het Latijn), die in de derde eeuw de marteldood zou zijn gestorven, tot een verwijzing naar de keizer in Constantinopel of zijn gouverneur in Rome (of Ravenna). Het speculeren zal nog wel even doorgaan.

Net onder het plafond kunnen we een geschilderd fries bewonderen met daarop putti of eroten die water aanbieden aan dorstige leeuwen. Het fries is een werk van Perino del Vaga, een Florentijnse schilder en navolger van Rafaël. Aangezien Perino in 1547 stierf, moet het fries zijn geschilderd rond de door Giovanni de’ Medici geïnitieerde renovatie van de vroege zestiende eeuw. Er is een nauwe band tussen de De’ Medici’s en leeuwen. Giovanni de’ Medici noemde zichzelf Paus Leo, waarbij leo het Latijnse woord voor leeuw is. Wellicht verwijzen de geschilderde leeuwen naar hem. Ferdinando de’ Medici staat op zijn beurt weer in verband met de beroemde Medici-leeuwen.

Leeuwen van Del Vaga.

Het apsismozaïek

Het onbetwiste hoogtepunt van de kerk is het magnifieke apsismozaïek uit de negende eeuw. De eerdergenoemde Paus Paschalis I (817-824) gaf de opdracht het te maken, en het werd gerestaureerd tijdens het pontificaat van Paus Clemens XI (1700-1721). In het midden van dit mozaïek in Byzantijnse stijl is de Maagd Maria afgebeeld. Ze zit op een troon en draagt een purperen gewaad. Haar hoofd is bedekt en ze houdt een zakdoekje vast in haar linkerhand, het symbool van een Byzantijnse prinses. Het kindje Jezus zit op haar schoot, maar blijkt bij nadere inspectie helemaal geen ‘kindje’ te zijn. Volgens de artistieke conventies van die tijd is hij als mini-volwassene afgebeeld. Paus Paschalis knielt aan de voeten van de Maagd en houdt haar rechtervoet vast. De vierkanten blauwe nimbus geeft aan dat hij nog in leven was toen het mozaïek werd gemaakt (cf. Santa Cecilia in Trastevere). De Maagd wordt geflankeerd door drie dozijn engelen in witte toga’s.

Het prachtige apsismozaïek uit de negende eeuw.

Apsismozaïek (detail): Paus Paschalis I knielt aan de voeten van de Maagd, die is gekleed als een Byzantijnse prinses.

Het mozaïek van de boog toont Christus in het midden, met een engel aan iedere zijde. Zes apostelen komen van links en rechts aanlopen. De grote figuren die links en rechts van de schelp van de apsis zijn afgebeeld, zijn lastig te identificeren. Meestal wordt aangenomen dat het om Mozes en de profeet Elia gaat, hoewel ook wel andere interpretaties worden gegeven. Net als met de benaming “in Domnica” zal de onzekerheid nog wel even blijven. Niettemin, als de figuren inderdaad Mozes en Elia zijn, dan mogen we aannemen dat de baardeloze jongeman rechts Mozes moet voorstellen en de bebaarde man links Elia. Een soortgelijke voorstelling treffen we namelijk aan in de basiliek van Sant’Apollinare in Classe in Ravenna.

Bronnen

– Capitool Reisgidsen Rome, 2009, p. 193;
– Luc Verhuyck, SPQR. Anekdotische reisgids voor Rome, p. 49;
Santa Maria in Domnica op Churches of Rome Wiki.

Bijgewerkt 4 februari 2024.

12 Comments:

  1. Pingback:Rome: Santa Maria in Domnica – – Corvinus –

  2. Pingback:Rome: Santa Pudenziana – – Corvinus –

  3. Pingback:Rome: Santa Maria in Cosmedin – – Corvinus –

  4. Pingback:Rome: Santo Stefano Rotondo – – Corvinus –

  5. Pingback:Rome: Santi Cosma e Damiano – – Corvinus –

  6. Pingback:Rome: San Tommaso in Formis – – Corvinus –

  7. Pingback:Rome: Santa Maria in Trastevere – – Corvinus –

  8. Pingback:Rome: San Lorenzo fuori le Mura – – Corvinus –

  9. Pingback:Rome: Santa Prassede – – Corvinus –

  10. Pingback:Rome: San Gregorio Magno al Celio – – Corvinus –

  11. Pingback:Rome: Santa Maria Maggiore – – Corvinus –

  12. Pingback:Rome: Triclinium Leoninum – – Corvinus –

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.